Prudence (26) is het gezicht achter de populaire comics van Planet Prudence.
Prudence Geerts: ‘Ik heb al veel harde dingen moeten lezen over mezelf: Kill that bitch, bijvoorbeeld’
Ze is wereldberoemd en heeft fans over de hele wereld, maar lijkt onbekend in Vlaanderen. Onlangs bracht Prudence Geerts – aka Planet Prudence – haar eerste boek uit: ‘Bad at Adulting, Good at Feminism’.
Je hebt meer dan 550.000 volgers op Instagram. Hoe heb je dat gedaan?
‘De eerste 5000 zijn me beginnen volgen vanwege mijn comics en het feit dat ik behoorlijk wat netwerkte. Ik volgde andere artiesten en gaf comments op hun werk. Die liketen mijn comics dan weer terug, enzovoort. En toen pikte 9Gag me plots op. Iemand had een artikel over me geschreven, en dat belandde op hun Facebookpagina. In één weekend was ik 10.000 volgers rijker. Ik weet nog hoe ik stond te huilen toen ik dat vernam. Ik was zo, zó blij. Dat betekende alles voor mij. 9Gag, dat is best een big deal in de internetwereld. Mijn broer was de eerste die ik opbelde, ik was een en al euforie.’
Een mail van een uitgeverij uit Miami? Yeah, right. Ik dacht écht dat het om een grap ging.
‘Daarna werd ik ook opgepikt door BoredPanda, PopSugar, MetDaan, en ook The Huffington Post deelde mijn comics op hun pagina’s in India, de UK, Italië en Amerika. In geen tijd had ik 200.000 volgers. Uiteindelijk heeft 9Gag me zelfs nóg eens gedeeld op hun Facebookpagina. En de reposts van George Takei, de acteur uit “Star Trek”, Mike ‘The Situation’ uit “Jersey Shore” en Lena Dunham hebben ook geholpen. Oh ja, en A Plus, het tijdschrift van Ashton Kutcher.’
En toen werd je plots gecontacteerd door een Amerikaanse uitgeverij.
‘Ik dacht dat het om een grap ging. Een mail van een uitgeverij uit Miami? Yeah, right. Maar ik heb er wel op gereageerd. Je weet nooit... Ze verwezen me door naar een Nederlands meisje dat ook een boek had gemaakt met hen. Toen ik van haar het bewijs kreeg dat het allemaal klopte en dat ze écht haar centen had gezien, heb ik toegehapt. Alleen zo wist ik dat het niets raars was. Maar zelfs toen het allemaal echt bleek te zijn, kon ik het niet geloven. Ik vind mezelf ook helemaal niet supergoed, laat staan dat ik ooit had gedacht dat ik een boek zou uitbrengen in Amerika. Zelfs nu ik het boek hier voor me heb liggen, kan ik amper geloven dat ik dat écht heb gedaan. Die mail dateert ook van amper een halfjaar geleden, dus het is allemaal razendsnel gegaan. Tijdens de kerstperiode heb ik niets anders gedaan dan comics getekend. Ik at amper, sliep een paar uur per nacht en kroop weer achter mijn bureau. Geen kerst voor mij afgelopen jaar. Mijn boek is een mix van mijn favoriete oude comics en een heel pak nieuwe. Vandaar dat ik er zo veel tijd aan heb besteed.’
Je bent in je boek heel open over jezelf, je gevoelens en je verleden. Is dat niet moeilijk?
‘Nee, want ik wil mijn volgers tonen wie ik écht ben. Mijn mannetje is ook helemaal wie ik ben, behalve dan dat blauwe haar. Zij vertelt of doet de dingen die ik denk, maar niet altijd hardop durf te zeggen of doen. Ik kan haar laten bloeden, haar haar regels laten krijgen of haar zelfs met kak laten smijten, bij wijze van spreken. Het is een ongelooflijke luxe dat ik daarmee wegkom, toch? Maar eigenlijk heeft mijn comic er ook voor gezorgd dat ik in het echte leven veel opener ben. Ik geef me bloot aan meer dan een half miljoen mensen, dus waarom ook niet aan de mensen rondom mij? Maar eigenlijk ben ik vooral blij dat ik voor meer dan een half miljoen volgers een stem gekregen heb, en die wil ik benutten ook. Ik wil praten over body positivity, ik wil taboes doorbreken, ik wil stilstaan bij mentale gezondheidsproblemen. Ik heb het ongeluk gehad daar ervaring mee te hebben, maar ik kan er nu wel iets positiefs mee doen. Onlangs kreeg ik een berichtje van een meisje dat me vertelde dat mijn comic haar mee had geholpen een eetstoornis te overwinnen. Dat vind ik heel fijn om te horen.’
Je vertelt over mentale gezondheidsproblemen. Waar heb jij heel erg mee geworsteld?
‘Omdat ik ongelooflijk opkeek naar mijn oudere broer die vele jaren voor mij al stripalbums tekende, koos ik net als hij voor creatieve studies: vrije beeldende kunsten. Maar het grootste verschil tussen ons was dat leraren hem wél goed vonden, en mij helemaal niet. Pas op, ik haalde altijd redelijk goede punten tot in de laatste maanden van mijn laatste jaar. Toen werd alles anders. Om het cru te zeggen: de leraar kon met zijn poten niet van de jonge meisjes afblijven. Dat werd pijnlijk duidelijk toen ik aan mijn eindwerk bezig was. Ik moest een-op-een-gesprekken voeren met mijn mentor, waarin hij me bijstuurde, me tips gaf en me hielp mijn werk nog beter te maken. Althans, dat had zo moeten zijn.’
De leraar buisde me omdat ik hem had afgewezen. Dat gebeurde lang voor de #metoo-periode. Niemand geloofde me.
‘Ja, ik had al verhalen gehoord over hem, maar ik schrok wel toen hij dat ook effectief bij mij begon te doen. Als ik niet inging op zijn avances, dreigde hij me mijn diploma niet te geven. Ik had toen al maanden hard gewerkt aan mijn eindproject. Ik had zelfs op tape hoe hij me vertelde dat ik me wat vrouwelijker moest kleden en wat meer borst moest tonen. (stil) Maar nu dwong hij me dus in te gaan op zijn avances. En dat deed ik niet. Ervan overtuigd dat hij zich niet aan die “belofte” zou houden, begon ik vol goeie moed aan mijn presentatie tijdens de juryvoorstelling. Ze is nooit naar onze mentorgesprekken gekomen, hoorde ik hem zeggen. En de tips die ik haar gaf, daar deed ze niets mee. Ik stond perplex. De andere juryleden wisten niet beter, dus geloofden ze hem. Met een totaal van amper 30 % stapte ik naar buiten... Hij had woord gehouden.’
Ben je dan niet naar de directie gestapt?
‘Oh, jawel, maar die geloofde me niet. Met het feit dat ik sommige van zijn uitspraken op tape had, kon de directeur niets, zei hij. Dat was illegaal. Ik stond machteloos. Het was 2009, lang voor het #metoo-verhaal. Toen was dat allemaal nog taboe. Ik denk dat het nu anders zou zijn. Twee weken heb ik gehuild en naar die school ben ik nooit teruggekeerd. Mijn diploma heb ik nooit gehaald. Ik ontwikkelde pleinvrees en zat aan de antidepressiva. Zette ik één stap buiten, dan begon ik te hyperventileren. Met mijn medeleerlingen verbrak ik alle contact, ik kon het niet aan. In de vijf jaar die volgden, raakte ik geen potlood, pen of verfborstel meer aan. Mijn droom om illustrator te worden en aan Sint-Lucas te gaan studeren, begroef ik. En stelde iemand me er een vraag over, dan zei ik dat ik nooit meer wilde tekenen. Dat ik het niet leuk meer vond. Maar een passie kan je niet onderdrukken, hoe groot je trauma ook is.’
Ik ontwikkelde pleinvrees en gebruikte ook antidepressiva. Ze e ik één stap buiten, dan ging ik hyperventileren.
Hoe ben je dan uiteindelijk begonnen met jouw comics?
‘Ik was 17 jaar toen ik zonder diploma op de arbeidsmarkt terechtkwam. Ik belandde van de ene interimjob in de andere. Ik werkte in winkels, in magazijnen, in een fabriek... De laatste job die ik had – zo’n drie jaar geleden – was er een in een callcenter. Daar hield iedereen zich tijdens de pauzes bezig met iets anders. De ene las Dag Allemaal, de ander scrolde door Facebook... Ik ben toen op een middag begonnen met comics te tekenen. Nu vind ik mijn tekeningen van toen lelijk, maar je herkent Planet Prudence er wel al in. Een paar maanden later besloot ik om een Instagramaccount te starten. Zo kon ik mijn eigen voortgang bijhouden en kon ik makkelijk zien hoe mijn comics evolueerden. Ik had helemaal niet de bedoeling of de droom om daar mijn beroep van te maken. Die illusie had ik immers allang opgeborgen. Regelmatig postte ik mijn tekeningen, al was ik – zeker toen – bang voor de reacties en voor negatieve commentaren.’
Krijg je veel kritiek of negatieve feedback?
‘Goh, in het begin viel dat echt heel goed mee. Maar nu ik bekender word en mijn comics vaker gedeeld worden, komen ze ook onder de aandacht van mensen die ze niet willen zien. Ik lees ze wel, die negatieve comments, maar ze raken me niet meer. Ach, weer zo’n hater, denk ik dan. In het begin kon ik dat niet, zulke dingen naast me neerleggen. Dan huilde ik erom, want het raakte me ook echt. Ik heb dan ook al veel harde dingen moeten lezen over mezelf: Kill that bitch, bijvoorbeeld. In ’t beste geval staat er dat mijn comics lelijk zijn of dat ik geen mening mag hebben. Oh, of dat ik een #feminazi ben. Vaak komt zo’n comment van een of andere internettrol die me dan verschillende dagen berichten blijft sturen. Eén keer heb ik de fout gemaakt om erop te reageren, en toen heb ik die trol wekenlang over me heen gekregen. Dat doe ik dus niet meer. Maar eigenlijk zijn de comments die ik krijg, bijna uitsluitend positief. Ik heb echt ongelooflijk lieve volgers en zelfs diehard fans. Hun namen zie ik steevast terugkomen onder mijn posts.’
Je was ook een tijdlang ziek, vertel je in je boek. Hoe ernstig was je eraan toe?
‘Het ging toch wel behoorlijk slecht. Eigenlijk is mijn ziekte heel plots gekomen. Ik had griep gehad, maar de klachten bleven duren, ook al was ik genezen. Ik was moe en koortsig, kon niet meer slapen, voelde me lusteloos en had depressieve klachten. Eerst dachten de dokters dat ik CVS (het chronischevermoeidheidssyndroom, red.) had, omdat ik al bij de minste inspanning doodop was en in bed lag. Maar omdat CVS een behoorlijk zware diagnose is – je kan er immers niet van genezen én er bestaat geen medicatie voor -, ging ik aankloppen bij een andere dokter. Mijn huisarts had zich al afgevraagd of ik geen posttraumatische stressstoornis had na alles wat ik heb meegemaakt. Zijn vermoeden werd bevestigd door een andere arts: ik had PTSS. Uiteindelijk raakte ik met de hulp van een psychiater en medicatie verlost van mijn klachten.’
Waar haal je inspiratie voor je comics?
‘In het dagelijkse leven. Een reclamespot op tv waarvan ik dan denk: als ik dat doe, dan zie ik eruit als een patattenzak. Of een serie op tv, zoals “Friends”. Maar evengoed uit dingen uit het dagelijks leven. Ik ben soms behoorlijk klunzig en val dan over dingen heen of loop ergens tegenaan. Mijn hoofd staat nooit stil, het zit vol zotte gedachten. Zodra ik achter mijn bureau zit, zet die molen zich in gang en komen de ideeën vanzelf. Ook als ik onder de douche sta. Mijn gsm ligt altijd naast mijn douche, en denk ik ergens aan, dan zet ik dat er snel in. Of ik ga wandelen, dan komen die ideeën ook. Al moet ik ook toegeven dat ik soms periodes heb waarin het wat moeilijker gaat. Als ik lange tijd met een project voor een klant bezig ben, bijvoorbeeld. Dan moet ik mijn best doen om in die vibe te geraken.’
Sommigen denken dat ik rijk ben, met m’n half miljoen volgers.
Je werkt altijd alleen en je woont ook alleen. Mis je soms geen gezelschap?
‘Er zijn dagen waarop ik in mijn pyjama zit, zonder beha en met vet haar en niemand die daarom maalt. Zalig, toch? Tot de postbode aanbelt en ik in allerijl nog een trui moet aantrekken en moet hopen dat die niet te veel aandacht besteedt aan hoe ik eruitzie (lacht). Ik werk graag alleen, maar ik ben zeker geen loner. Ik ben best sociaal, maak makkelijk vrienden en denk ook dat ik heel toegankelijk ben voor anderen. Ik heb ook echt heel goeie vrienden rond mij. Toen ik volop bezig was met mijn boek en echt alleen maar tekende, kwamen ze voor me koken of nodigden ze me bij hen thuis uit om mee te eten. Er zijn zelfs dagen geweest waarop zij mijn was kwamen doen. Daar ben ik hen ongelooflijk dankbaar voor.’
Als je zo veel volgers hebt, zou je denken dat je spaarpot ook aandikt. Is dat zo?
‘Haha! Nee, rijk word ik hier niet van. Ik woon in een heel bescheiden appartementje en ik kan ervan leven – wat ik op zich al heel erg fijn vind. Al denken sommigen dat ik miljonair ben, natuurlijk, met mijn meer dan een half miljoen Instagramvolgers. Ik verdien uiteraard geld met mijn boek, maar er is ook een planner en een bullet journal van mijn hand. Ik ontwerp ook gsm-hoesjes en verkoop prints van mijn tekeningen, bookmarks en kaartjes. Daarnaast maak ik ook illustraties – bijvoorbeeld voor bedrijven – en portretten voor mensen, vaak op basis van foto’s. En ik heb een account op Patreon, wat eigenlijk een soort van tip jar is. In ruil voor een kleine bijdrage – die kan gaan van een tot pakweg tien dollar, dat kies je volledig zelf – krijg je allerlei leuke extra’s. Dat is dan bijvoorbeeld een desktopachtergrond, een gsm-achtergrond, gepersonaliseerde tekeningen, exclusieve comics, een Q&A-video...Ik hoef hier ook niet rijk van te worden, maar stiekem droom ik toch van een vaste plek in een tijdschrift of krant.’
Meer lachen? Check haar website en webshop, Instagram, Facebook en YouTube-kanaal.
Wil je haar graag steunen in ruil voor leuke extra’s? Check dan www.patreon.com/planetprudence.
Prudence Geerts’ boek ‘Bad at Adulting, Good at Feminism’ is te koop bij Amazon, Bol.com en Standaard Boekhandel.
Meer must reads:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier