You’re going on an adventure! Deze zomer geen zand tussen de tenen of cultuur in de neusgaten voor jou: je trekt de natuur in. Met een tent, slaapzak, antimuggenspray en 1001 andere spullen in je veel te zware rugzak ben je klaar – en een beetje bang – om into the wild te gaan. Dit is wat je mag verwachten.
1. Jij in het begin: ‘Oh wauw, die tent is best groot!’
Jij na 48 uur: ‘Die tent is zo klein!’
2. Tijdens toiletbeurten ben je boos op jezelf dat je ter voorbereiding niet meer squats hebt gedaan.
Brandende bilspieren: check!
3. Je dacht nooit dat je ‘t zou zeggen, maar je bent verdomd blij dat je die afritsbare broek en fleecetrui gekocht hebt.
Sorry, Jani.
4. Wanneer je een van de tien vervelende muggen in je tent ein-de-lijk het zwijgen hebt opgelegd, ben je heel even extatisch.
Om twee seconden later gedegouteerd te zijn omdat ze – met bloed en al – aan je hand hangt.
5. In het begin doe je er alles aan om uit een proper bord en met al even proper bestek te eten.
Na een tijd besef je dat je waarschijnlijk al zo veel vuiligheid – en insecten! – binnen hebt, dat het je amper nog deert.
6. Maar wat je ook eet, het doet je altijd watertanden. Alsof eten tijdens het kamperen gewoon beter smaakt.
Tenzij het droogvriesmaaltijden zijn. Die zijn gewoon ranzig.
7. Een wijsheid die elke beginnende kampeerder moet leren: je bent niets zonder duct tape.
Duct tape = life. Letterlijk.
8. De mensen die beweren dat je best zo weinig mogelijk aantrekt in je slaapzak om het warm te krijgen, kunnen zeggen wat ze willen. Na één koude nacht kruip jij er met thermisch ondergoed, drie lagen kleren, muts en handschoenen in.
Joey Tribbiani is er niets tegen.
9. Maar de koude is het he-le-maal waard wanneer je de mooie zonsopgangen en -ondergangen ziet.
Kippenvel, elke keer.
10. Je struikelt meermaals over de koorden van de tent, want een kampeerder stoot zich duidelijk ontelbare keren aan dezelfde steen.
Na een tijdje hangen jullie kleren of handdoeken over de koorden om ze iets duidelijker te maken, wat het aantal struikelmomenten enkel halveert.
11. Nachtelijke geluiden buiten je tent doen je fantasie zo mogelijk nog meer op hol slaan dan geluiden in je huis.
Je bent er plots van overtuigd dat je ooit iemand een verhaal hebt horen vertellen over de kampeerderkiller.
12. Je weet niet wat het is met vuur, maar tijdens het marshmallows roosteren hebben jij en je medekampeerder(s) de diepste gesprekken.
De bijhorende wijn – zelfs al is die lauw en drinken jullie uit plastieken bekers – heeft er waarschijnlijk ook iets mee te maken.
13. Je voelt je meer relaxed dan ooit, en beseft dat ver weg van alles en iedereen in een tentje zitten veel ontspannender is dan tussen tientallen zonnekloppers op het strand liggen.
Al zorgen de muggen af en toe voor een stresspiek.
14. Tot je grote verbazing mis je de spiegel niet echt.
Al kan dat ook liggen aan het feit dat je geen spiegel nodig hebt om te weten dat je ‘r niet uitziet.
15. Tegen het einde van de kampeertrip ben je wel blij dat je terug kan naar je warm bed en douche.
Nog een voordeel van zo’n kampeerreis: het maakt je extra dankbaar voor de luxe die je thuis hebt.
Lees ook:
