COLUMN: ‘Ik ben as we speak bezeten door het vangen van fictieve monstertjes in rood-witte ballen.’
Ik heb een nieuwe obsessie en nee, het is niet de pre-fall collectie van Gucci of de laatste nieuwe van Rihanna. Ik ben as we speak bezeten door het vangen van fictieve monstertjes in rood-witte ballen. Voor wie de laatste weken in een grot gewoond heeft: ik heb het over Pokémon Go. In nerdjargon heet het een 'augmented reality gps game', wat erop neerkomt dat je Squirtle en co met je smartphone kan gaan zoeken in de échte wereld. Een droom die uitkomt voor elke wannabe Pokémontrainer die net als ik de jaren 1999-2000 doorbracht gekluisterd aan het slecht verlichte scherm van een Game Boy Pocket.
De nieuwste versie van het spel combineert nostalgie met de moderne wonderen van Google Maps waardoor ik afgelopen zondag nìet Netflix-bingend voor de tv spendeerde, maar vijf kilometer door de stad heb gewandeld op jacht naar Drowzee – een soort psychedelische miereneter – en Jigglypuff – een zingende clitoris. Dat laatste verklaart misschien waarom de zoekterm 'Pokémon Go' momenteel populairder is dan porno.
In de VS zijn er al mensen beroofd tijdens het spelen. Hier blijft de Poké-crime beperkt tot liegen tegen mijn lief dat ik 'even naar de nachtwinkel ga'.
Voor de Poké-hater lijkt de hele hype wellicht vreselijk kinderachtig, maar geloof mij: er komt meer bij kijken dan je denkt. Om goed te zijn in het spel moet je niet alleen geduld en uithoudingsvermogen hebben, je moet ook tegen een stootje kunnen. Zo trotseer je best een storm als je een monster met elektrische krachten wil vangen en zouden Ghost Pokémon zich op kerkhoven schuilhouden. En dan zwijg ik nog over de vuile dan wel verwarde blikken van respectievelijk hangjongeren op het Sint-Jansplein en toeristen aan het MAS die denken dat je een foto van hen probeert te nemen, terwijl je in feite je volgende vangst gespot hebt.
In de VS zijn er al mensen beroofd en verongelukt tijdens het spelen, in Antwerpen blijft de Poké-crime voorlopig beperkt tot liegen tegen mijn lief dat ik 'even naar de nachtwinkel ga' terwijl ik stiekem een virtueel beest heb gespot dat nog ontbreekt in mijn verzameling. Ondertussen is hij gelukkig ook beginnen te spelen, net als mijn twee zussen en mijn moeder, die er weinig van snapt, maar toch gezellig meedoet.
Zelfs de modewereld is fan. Zo zag ik tijdens het feestje van een hip sneakermerk meer bloggers Poké-ballen gooien dan Snapchatfilmpjes maken. Vriend en stylist A. droeg een outfit die geïnspireerd leek op hoofdpersonage Ash uit het originele spel, inclusief blauw baseballjasje en pet. Aan hem en alle Poké-trainers die nog in de kast zitten, wil ik maar één ding zeggen: 'Gotta catch 'em all!' En aan iedereen die lacht met onze nerdy hobby: 'Kan je even aan de kant gaan? Ik denk dat je op mijn Pikachu staat.'
Lees alle columns van Catherine op flair.be/columncatherine.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier