Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
© Tim De Backer

De winnares van de eerste editie van de Gouden Schoen voor vrouwen.

INTERVIEW Tessa Wullaert: ‘Er staat ““Grlpwr”” op mijn linkervoet, de voet waarmee ik het vaakst scoor’

Elke Belg kent de Rode Duivels. Nochtans zijn dat niet de enige Belgische voetbaltoppers. Ook de Red Flames, onze nationale vrouwenploeg, barst van het talent. Tessa Wullaert is een van de leading lady’s. De 23-jarige voetbalster won deze week de eerste editie van de Gouden Schoen voor vrouwen. Wij spraken Tessa eind vorig jaar al, toen de Red Flames zich net hadden gekwalificeerd voor het EK voetbal in Nederland, volgende zomer.

Proficiat met jullie allereerste kwalificatie voor het Europees Kampioenschap. Hoe blij zijn jullie?

‘We hebben geschiedenis geschreven, dus we zijn enorm blij. Maar we zijn er nog niet. We moeten nog tien maanden keihard werken om ons topniveau te halen tijdens het EK. Al hebben we geen torenhoge verwachtingen. Ons belangrijkste doel is de eerste groepsfase winnen en ervaring opdoen. En plezier hebben en genieten, natuurlijk.’

 

Wanneer wist je: ik word profvoetballer?

‘Als kind was ik vergroeid met een voetbal. Na school, in het weekend... ik voetbalde elk vrij moment. De droom om prof te worden groeide geleidelijk aan. Ik ben altijd vol voor mijn sport gegaan, dat wel, maar dat ik er mijn beroep van kon maken, besefte ik pas toen ik twee jaar geleden aandacht kreeg van buitenlandse clubs. Tot dan dacht ik dat ik topsport zou moeten combineren met een job. Dat zag ik niet zo zitten: op die manier kon ik voor geen van beide voluit gaan. Dus toen ik afstudeerde en Wolfsburg me een contract aanbood om prof te worden, twijfelde ik geen moment. Wolfsburg is in mijn ogen een van de beste ploegen ter wereld. Tuurlijk wilde ik voor hen spelen! Intussen ben ik trouwens niet meer een van de enige profs bij de Red Flames, sinds dit jaar zijn we met een tiental.’

 

Hoe bevalt het leven als profvoetballer je?

‘Het is best eenzaam soms. Ik ben meer dan zes uur verwijderd van mijn ouders en vrienden, dus een weekendje naar huis komen, zit er niet meteen in. Gelukkig probeert mijn mama me één keer per maand te bezoeken. Bovendien is een topsportleven best eentonig. Mijn leven bestaat uit trainen, spelen, eten en slapen. Toch ben ik heel blij dat ik deze kans heb gegrepen. Ik heb veel opgeofferd om hier te geraken. Feestjes afzeggen, uitjes waar ik niet bij kon zijn, familiefeesten die zonder mij moesten plaatsvinden: het hoorde bij mijn sport. Als het wat minder gaat, heb ik het daar moeilijk mee. Dan vraag ik me af: kan ik niet beter een 9-to-5-job gaan zoeken, zodat ik elk weekend vrij heb, met vriendinnen op stap kan gaan en op reis kan wanneer ik het wil? Maar gaat het goed, of heb ik er een leuke training op zitten, dan weet ik: dáár doe ik het voor!’

 

Feestjes afzeggen, uitjes missen... het hoort bij mijn sport.

 

Mis je je lief ook niet enorm?

‘Mathias en ik leerden elkaar vijf dagen voor mijn vertrek naar Wolfsburg kennen. Het was liefde op het eerste gezicht – althans voor mij, want Mathias kende me blijkbaar al. De hele avond hebben we gebabbeld. Sindsdien zijn we een koppel. We hebben nooit anders geweten dan dat we zo ver van elkaar wonen. Al wil dat niet zeggen dat ik hem niet mis. Integendeel. We hopen dat wanneer Mathias is afgestudeerd, hij bij me kan komen wonen in Wolfsburg. Maar definitief zijn die plannen niet. Voorlopig moeten we het stellen met lange telefoongesprekken. Of gemeenschappelijke tv-avonden: dan kijken we naar dezelfde film terwijl we skypen. Gelukkig zakt mijn lief regelmatig af naar Duitsland, al is dat niet zo voor de hand liggend. Hij speelt zelf amateurvoetbal en moet ook drie keer per week trainen en wedstrijden spelen in het weekend.’

 

Hoe ben je eigenlijk ooit begonnen met voetbal?

‘Ik zat op dansles, maar al snel werd duidelijk dat dat écht niets voor mij was. Ik genoot meer van het drankje tijdens de pauze dan van de dansjes (lacht). Op de speelplaats was ik altijd aan het voetballen met de jongens. Uiteindelijk schreef ik me samen met een klasgenootje in bij het voetbalteam van ons dorp. Tot onze vijftiende speelden we samen met de jongens, maar toen werd het tijd dat ik naar een vrouwenploeg vertrok. De jongens werden niet alleen fysiek sterker, ze werden ook nijdiger. En geen van hen vond het leuk om op de bank te zitten terwijl er een meisje op het veld stond.

 

Intussen heb je er al een mooie carrière opzitten. Wat zijn voor jou de hoogtepunten tot nu toe?

‘De Champions League Finale met Wolfsburg, en de kwalificatie voor het EK met de Red Flames. Ik ben best trots op mijn negen assists in acht kwalificatiewedstrijden voor onze nationale ploeg. Maar ook op mijn persoonlijke prijzen ben ik trots. Twee jaar geleden werd ik verkozen tot speelster van het jaar in de BeNeLeague, de Belgische en Nederlandse vrouwencompetitie. En anderhalf jaar geleden won ik als eerste speelster de Sparkle, dat is de Gouden Schoen voor vrouwen. Die prijs was een mooie erkenning voor mij én voor het vrouwenvoetbal.’

 

Nochtans kreeg jouw Sparkle beduidend minder aandacht dan de uitreiking van de Gouden Pump. Vind je dat niet frustrerend?

‘Ja, tuurlijk wel! Maar daar wil ik niet te veel bij stilstaan. Ik kan alleen maar hopen dat het vrouwenvoetbal een flinke boost krijgt na onze kwalificatie en dat in de toekomst onze prijs meer aandacht krijgt dan die van de vrouwen van voetballers.’

 

Jouw tweet over een gebrek aan aandacht voor jullie kwalificatie in Extra Time werd massaal gedeeld.

‘Ik tweet zelden. Maar toen mijn lief me liet weten dat Extra Time amper vijftien seconden aan onze kwalificatie had gespendeerd, was ik boos. Toevallig zaten we met de Red Flames op hotel omdat we de volgende dag een wedstrijd speelden tegen Engeland. Een van ons heeft de uitzending opgezocht op Stevie en zo konden we samen alles herbekijken. Zelf had ik nooit gedacht dat mijn tweet zo veel reacties zou uitlokken, maar ’t was wel fijn om te merken dat ik bijval kreeg. Blijkbaar was ik niet de enige die verontwaardigd was. Ik hoop dat dit in de toekomst verandert en dat de Red Flames met hun prestaties een pak meer aandacht krijgen.’

 

Prof zijn is soms best eenzaam. Ik zit ver van mijn familie en vrienden.

 

Er zijn best veel vooroordelen over vrouwenvoetbal. Wat is het grootste misverstand, volgens jou?

‘Dat vrouwenvoetbal saai is. En dat we niet kunnen voetballen, terwijl we technisch zó sterk zijn. Wij kunnen echt wel tegen een bal trappen, hoor!’

 

En dat jullie allemaal halve manwijven zijn...

‘Dat ook! Tuurlijk zijn er mannelijkere types in onze ploeg en ja, ook lesbiennes. Maar de meesten zijn echt heel “ gewone” vrouwen, hoor. Vaak maakt het voetbal van ons wat mannelijkere types: kijk maar naar onze outfits. Ik mag al blij zijn dat ik tegenwoordig een extra small kan aandoen en niet langer een T-shirt moet dragen dat twee maten te groot is. En mijn short rol ik een paar keer op, zodat die een beetje korter komt. Elegant zijn onze outfits niet, maar ze zitten wel comfortabel.’

 

Mijn leven bestaat uit trainen, spelen, eten en slapen.

 

Ben je zelf een meisjesmeisje?

‘Ja, absoluut. Kijk maar eens naar mijn Instagrampagina, dan zie je dat ik een heel gewoon meisje ben: ik post niet alleen voetbalfoto’s, maar ook pics met mijn lief of mijn vriendinnen. Mijn meest vrouwelijke trekje is wellicht mijn fascinatie voor mooie nagels. Daarvoor sta ik intussen ook een beetje bekend. Ik hou van mooie verzorgde nagels in een tof kleurtje. Elke week kies ik iets anders. Af en toe doe ik iets speciaals: met kerst zet ik er rendieren op, en met valentijn versier ik mijn nagels met hartjes.’

 

Op Instagram sta je te pronken in een trui waar ‘Napqueen’ op staat. Hou je zoveel van dutjes?

‘Haha! De trui was een cadeautje van mijn lief. Ik moet toegeven dat ik graag slaap, ja. Kom ik ’s middags thuis van een training, dan doe ik een dutje, en ook voor een match leg ik me graag nog even neer. Ik heb gewoonweg veel slaap nodig! Dat is vooral gekomen toen ik naar Duitsland verhuisde en ik mijn aantal uren training fors de hoogte zag ingaan. Mijn lijf heeft nu meer rust nodig om te recupereren.’

 

Je hebt intussen ook je eerste tattoo laten zetten. Wat heb je gekozen?

‘“Do more of what makes you happy” wilde ik eerst laten zetten, dat is mijn levensleuze. Maar uiteindelijk koos ik voor iets anders. Sinds een half jaar staat er “Grlpwr” op mijn linkervoet. Ik wilde iets origineel en iets dat bij mij past. Bovendien is mijn linkervoet de voet waarmee ik het vaakst scoor, ook al ben ik rechtsvoetig. Lang heb ik niet over mijn tattoo nagedacht: twee weken nadat ik de knoop had doorgehakt, zat ik al bij de tatoeëerder. Een maand later liet ik er nog eentje zetten, samen met mijn lief. Onder mijn rechteroksel staat sinds juni een hartje met een Q te pronken – de Q van Queen. Bij Mathias staat een K op zijn linkerzijde, voor King. Dus nu hebben we niet alleen matching petten, maar ook matching tattoos.’

 

Interview gepubliceerd in Flair 47, november 2016.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' ' '