In je kindertijd was ze je heldin, als tiener vond je haar – laat ons eerlijk zijn – vooral een zaag. Maar als volwassene ga je steeds beter begrijpen waarom je mama zei wat ze zei. Meer nog, je hoort jezelf meer en meer dingen denken of zeggen die zo uit haar mond konden komen. Hé, het is helemaal oké om af en toe als je mama te klinken. Ze heeft jou gemaakt, dus ze moet wel iets goed doen. Toch?
1. Wanneer je in het donker met de auto rijdt en je beseft dat fietsers die zonder licht – of zelfs zonder fluohesje – rijden hun leven riskeren.
‘Ze zijn gewoon onzichtbaar. Levensgevaarlijk!’
2. Of wanneer je het onverantwoord vindt dat tieners met tweeën naast elkaar op een smal fietspad langs een drukke baan fietsen, terwijl je goed weet dat jij dat vroeger zelfs met z’n drieën durfde.
‘Die zijn hun leven beu, zeker?’
3. Wanneer je een tiener in een kort T-shirtje in de kou ziet lopen en bedenkt dat zij weleens een flinke verkoudheid zou kunnen oplopen.
‘Straks een fleuris!’
4. Wanneer je tegen je lief zegt dat zijn/haar sokken in de wasmand horen en zijn/haar jas aan de kapstok.
‘Als je het onmiddellijk zou doen, hè, dan moest ik er niet over zagen.’
5. En hem/haar er dan op wijst dat het niet slecht zou zijn om wat meer groentjes te eten.
‘Ik zeg dat alleen maar voor je eigen goed, hoor...’
6. Wanneer je een bende dronken tieners ziet op een festival en bedenkt dat de jeugd van tegenwoordig toch echt veel drinkt...terwijl je nog eens van je pintje nipt.
‘Zó erg waren wij vroeger toch niet? Of wel?’
7. Wanneer je de jeugd gewoon niet begrijpt.
‘Waarom moeten ze altijd oortjes in hebben? Heeft hun leven echt een soundtrack nodig? Dat is trouwens gevaarlijk in het verkeer, hoor!’
8. Wanneer een jongere zijn of haar tsjingeltsjangelmuziek loeihard speelt op de trein en jij serieus overweegt om er een opmerking over te maken.
‘Dat zijn nu toch geen manieren?’
9. Wanneer je chagrijnig wordt op je lief omdat hij/zij een vlek maakte op een broek die jij nog maar net waste.
‘Je kan zelf je was doen, hoor!’
Lees ook:
