Arkasha woont in Antwerpen. Haar leven bestaat uit e-mailen, potjes invriezen en webinars kijken. Over de spannendere dingen, zoals het heropenen van de terrasjes, schrijft ze naar Anaïs, die in New York woont.
Hey Anaïs,
’t Is geen Nieuwjaar, maar ik schrijf je toch een brief met goede voornemens. Nu we onze vrijheden hier stilaan terugkrijgen, vind ik het namelijk lastig om balans te vinden. De terraskes in ’t stad gingen open, en ik zat er meteen op. Ik bestel de ene na de andere pint, begin te zwetsen en zwansen tegen de ‘nieuwe vrienden’ naast me en trakteer het hele terras. Mijn baldadige gedrag wordt de dag nadien meteen bestraft met een dikke kater. Van de was en de strijk komt niks in huis, en ik scrol als een zombie door Instagram. Daar staan foto’s op van vrienden die in Portugal of op Mallorca zitten. Met heimwee en hoofdpijn denk ik terug aan de tijd dat ik knip-en-plakcollages maakte aan de keukentafel, wetende dat de rest van het land niks interessanters deed.
Nu de fomo weer om de hoek loert, merk ik dat ik keuzes moet maken, want mijn oude en nieuwe gewoontes passen niet goed samen. Welke neem ik mee? Welke laat ik los? Tijdens het afgelopen jaar heb ik vooral hard gewerkt, maar om mijn levensvreugde niet helemaal te doen uitdrogen, heb ik ook hard gesport. Sinds ik een paar jaar geleden een depressie had, ben ik heel bewust bezig met mijn endorfines. Sterker worden, zowel fysiek als mentaal, dat was mijn langetermijnplan waar covid niet tussen kon komen. Ik ging dus ook bij -5 °C wielrennen of joggen. Ik ben ervan overtuigd dat ik daardoor gelukkig ben gebleven.
Ze combineren gewoon slim: ze gaan én sporten én terrasjes doen.
Niemand was voorbereid op al die lockdowns, maar ik vind het dus ook spannend hoe alles weer verandert nu die stilaan worden opgeheven. Toegegeven: mijn interne duiveltje dat graag frisse pinten drinkt, blijkt nog lang niet uitgedreven. Maar ’s zondags fris op mijn koersfiets zitten is me nu ook iets waard. ‘Laat die roaring twenties maar komen’, zei ik een paar maanden geleden. Maar nu ik op maandag weer doodmoe achter mijn computer zit, weet ik niet of dat wel zo’n goed idee is. Anaïs, als jobstudent heb ik ontelbaar veel trappisten van mijn plateau geladen voor mannen met een bierbuik in lycra die als pinguïns in het rond klakten op hun fietsschoenen. Toen begreep ik hen niet, maar nu wel. Ze combineren gewoon slim: ze gaan én sporten én terrasjes doen, en dan liefst nog in een uithoek van het land waar ze ongestoord kunnen zwetsen en zwansen tegen nieuwe gezichten. Ik plan hetzelfde. Te lange werkdagen, te veel instagrammen en fomo, dát moet eruit. Tref je me volgende keer aan op een terras met een bierbuik, weet dan dat het goed met me gaat.
Arkasha
Lees de vorige brieven van Arkasha & Anaïs:
- ‘Dit is onze officieuze honeymoon. Al is er voorlopig weinig romantisch aan…’
- ‘Wanneer je uitspreekt dat het niet exclusief hoeft te zijn, neem je eigenlijk al de afslag richting exit, toch?’
- ‘Ik vond zijn vele complimentjes fake en draaide sneller met m’n ogen dan het gemiddelde teststokje in m’n neus’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier