Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...

'Ik ben geen nachtbraker, geen ochtendmens, noch een avondmens. Ik ben nog maar pas moeder.'

COLUMN: ‘De dag na zo’n slapeloze nacht kom je door op adrenaline en schattige foto’s van je baby’

Onze columniste Nele is terug, mét baby! Ze is nu 23 weken mama van een dochter. Hier vertelt ze alles wat je wil weten over dat moederschap. En alles wat je misschien liever niet wil weten.

Over doorslapen


‘Slaapt de baby al door?’ Het is een vraag die ik vaak krijg sinds ik een kind gebaard heb. Als ik ‘ja’ zeg, behoor ik tot het kamp dat bestaat uit ouders met een baby die zo diep slaapt dat ze met een laddertje moeten afdalen om het kind ’s morgens te wekken of ze komen te laat in de opvang. Leuk voor hen, jammer voor de ouders die ’s nachts om 3u20 googelen of ze om 4 uur al terechtkunnen in hun opvang en of die in het weekend ook open is. Want dat zijn de ouders uit het andere kamp. En daar behoor ik soms ook toe.

Dan hoop ik dat nachten van anderen nog slechter zijn. Afschuwelijk. Verschrikkelijk. Alle varianten op ‘slecht’ zijn goed. Want gedeelde smart is halve smart. Het heelt de gebroken nachten, de nachten waarin je op blote voeten tussen de scherven op zoek moet gaan naar een paar blokjes slaap. Het liefst volgend op elkaar. Daarom helpt het ook wanneer ik om 3u20 mijn huilende baby voed en slaapdronken op sociale media of WhatsApp zie dat er nog mensen zijn die om 3u18 laatst actief waren. Letterlijk.

Na zo’n nacht volgt altijd weer een dag, al is dat niet per definitie beter. Die dag moet je namelijk doorkomen op adrenaline en schattige foto’s van je baby. Op koffie en liefde. Al lijkt een hartgrondige haat soms ook een goede motivator. Niet voor het kind, wel voor het bijbehorende slaappatroon en slaaptekort. De gevolgen van dat laatste zijn dan ook niet te overzien. Volgens de wetenschap word je er ouder en dikker van, en je leeft minder lang. Dat laatste lijkt mij tijdens zo’n gebroken nacht niet eens zo slecht, maar toch.

Ik ben geen nachtbraker, geen ochtendmens, noch een avondmens. Ik ben nog maar pas moeder.


Het moederschap maakt me moe, maar de baby slaapt ondertussen wel al eens door. Niet altijd, maar vaak. Een geluk, want ik ben geen nachtbraker, geen ochtendmens, noch een avondmens. Ik ben nog maar pas moeder. Ik piek nog zelden en al zeker niet ’s nachts, en ik heb de indruk dat mijn baby daarin op mij lijkt.

Het wordt pas lastig wanneer ik zeg dat de baby al doorslaapt, in het bijzijn van ouders met gebroken nachten. Hun droom ligt ’s nachts namelijk vaak aan diggelen. En overdag blijft er misschien amper energie over om de brokken te lijmen. Zij gunnen me die goede nachten, maar wensen me vast stiekem nog een vreselijke peuterpuberteit toe. Mensen met een slaaptekort zijn volgens de wetenschap immers een pak minder begripvol. En dat begrijp ik volkomen.

Lees meer columns van Nele:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '