'Nee, je mag dat niet in je poep steken'
11 supervreemde uitspraken die elke moeder tegen haar kind doet (en normaal vindt)
Ain’t no hood like motherhood. Redactrice Lisa verbaast zich nog elke dag over de dingen die ze zichzelf hoort zeggen tegen haar kinderen, alsof het de gewoonste zaak van de wereld is.
1. ‘Mama zal het wel opeten’
Pre-kids: ik steek nooit ofte nimmer een afgezabberde koek in mijn mond. After kids: half gesmolten ijsjes, wakke koeken, uitgesmeerde boterhammen. Mama lijkt wel de Holle Bolle Gijs van het gezin.
2. ‘Ik tel tot drie en ik...’ (insert loze bedreiging die nooit zal uitgevoerd worden)
Soms werkt het trucje, meestal niet. Dat mijn kinderen van 2 en 3 jaar al tot 20 kunnen tellen, heeft meer te maken met mijn gebrek aan consequentie dan met hun intelligentie.
3. ‘Nee, je mag dat niet in je poep steken’
Alleen te begrijpen als je peuters hebt. Het is ontstellend welke spullen kinderen allemaal richting uitgang bewegen. Ik was er altijd net op tijd bij. Denk ik. Hoop ik.
4. ‘Niet op het hoofd zitten van je broer/zus’
Het favoriete spel van mijn bijna-tweeling is elkaar – en in het verlengde hun moeder – op stang jagen. Dit doen ze door elkaar geen seconde met rust te laten, gillend door het huis te lopen en af en toe op elkaars hoofd te gaan zitten.
5. ‘Hoe is dit nu kunnen gebeuren?’
Minstens vier keer per dag hoor ik me dit zeggen. Ofwel omdat ik mijn net gekuiste huis drie seconden alleen heb gelaten en de living eruitziet alsof Free Willy zich erin heeft gegooid. Of omdat het eten alweer niet ìn hun mond, maar onder hun stoel is beland. Of omdat ze rustig aan het kleuren waren toen ik de was ging insteken en volgestift zijn tegen dat de machine draait. ‘Hoe is dit nu kunnen gebeuren?’, meestal uitgesproken met mijn handen in het haar.
6. ‘Dat moet je aan papa vragen’
Om dan subtiel in het decor te verdwijnen.
7. ‘Ik ga het aan de Sint zeggen’
Ik weet het, die goedheiligman is al een paar maanden terug aan het zonnen in Spanje. But if it does the trick, it does the trick.
8. ‘We gaan nu allemaal een beetje in stilte naar onze computer kijken’
Nee, je tablet kan niet luider dan dat. Nee, echt niet. En als je nu nog tegen mij praat, doe ik ‘m weg. Iedereen moet nu een beetje ‘rusten’. Mama het meest.
9. ‘Ik ben niet stout, jij bent stout’
Intellectuele discussies met peuters en kleuters: love them.
10. ‘Mag mama nu eens geen 3 seconden alleen zijn?’
Natuurlijke habitat van deze uitspraak: op het toilet, met mijn hoofd in mijn handen en twee kindjes die A. Het toiletpapier aan het ontrollen zijn, B. Hun handen aan het wassen zijn en een steeds groter wordende waterplas rond hun voeten krijgen en C. Mijn man rustig in de zetel een krant aan het lezen is.
11. ‘Mama is ook maar een mens’
Nadat ik mijn geduld ben verloren omdat ze niet luisterden. Nadat ik te luid geroepen heb en me direct schuldig voel. Nadat ik besef: mama is ook maar een mens.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier