Zij die niet in het onderwijs staan, doen graag al eens lacherig over de uren die leerkrachten kloppen. Eindeloos veel vakantie en een werkweek van 22 uren in het secundair onderwijs: een mens zou voor minder jaloers worden. Uit een onderzoek van de VUB blijkt dat de werkelijkheid minder idyllisch is.
40 uur of meer
De Vrije Universiteit Brussel deed in opdracht van minister van Onderwijs Hilde Crevits een onderzoek naar de tijdsbesteding van leerkrachten in het Vlaamse onderwijs. Bijna 9.600 leerkrachten uit het gewoon en buitengewoon basis- en secundair onderwijs deden daaraan mee. Zij hielden een dagboek bij waarin ze al hun werkactiviteiten, ook tijdens schoolvakanties, registreerden. De resultaten tonen dat leerkrachten evenveel of zelfs meer werken dan een werknemer met een standaard 40-urenweek.
Over een heel kalenderjaar, schoolvakanties inclusief, werkt een gemiddelde leerkracht 41 uur en 30 minuten per week. De leerkrachten die het langst werken, zijn die in de derde graad van het secundair onderwijs, met gemiddeld 42 uur en 56 minuten. In de eerste graad van het secundair onderwijs wordt er 41 uur en 33 minuten gewerkt, in de tweede graad 42 uur en 13 minuten. In het lager onderwijs heeft men dan weer een gemiddelde werkweek van 41 uur en 48 minuten, in het kleuteronderwijs wordt 41 uur en 4 minuten gewerkt.
In de schoolweken zelf tellen de werkuren in het secundair onderwijs op tot 47 uur en 59 minuten, in het lager onderwijs zelfs tot 49 uur en 30 minuten. Slechts 32 % (secundair onderwijs) en 38 % (lager onderwijs) van die tijd gaat naar het lesgeven zelf. De rest is voor lesvoorbereiding, administratie, overleg en vorming. Bovendien wordt zo’n 25 à 30 % van die werktijd gepresteerd buiten de zogezegde kantooruren. Op een normale schooldag is minstens 30 % van de leerkrachten nog aan het werk tussen 19u30 en 21u30.
Bovendien is het verschil in werkuren tussen een voltijdse en een deeltijdse leerkracht erg klein door de extra taken die dezelfde blijven. Iemand die vier vijfde werkt presteert gemiddeld 3 uur en 18 minuten minder dan iemand die voltijds werkt. Als we naar leeftijdscategorieën kijken, blijkt dat dertigers minder lang werken, vermoedelijk door het gezinsleven. Vijftigers presteren dan weer bovengemiddeld. Een leerkracht met een vaste benoeming werkt gemiddeld bijna twee uur minder dan iemand die niet vastbenoemd is.
Gevolg geven
Volgens de vakbonden willen de leerkrachten die deelnamen aan het onderzoek graag dat er gevolg gegeven wordt aan de resultaten. Minister van Onderwijs Hilde Crevits zegt er alleszins mee aan de slag te willen. Ze is het ermee eens dat er te veel tijd naar administratie gaat. ‘We kunnen nu verder gesprekken voeren met de sociale partners over de opdracht van de leraar’, vertelt ze aan De Standaard.
Lees ook:
