Bepaalde technieken, zoals huid-op-huidcontact, kunnen de melkproductie optimaliseren.
‘Ik heb grote borsten, maar toen ik borstvoeding wilde geven maakte ik amper melk aan. Hoe kan dat?’
Het is de Week van de Borstvoeding! En daarom beantwoorden wij met de hulp van experten de prangende vraag: ‘Ik heb grote borsten, maar toen ik borstvoeding wilde geven maakte ik amper melk aan. Hoe kan dat?’
Het volume van je borsten heeft geen invloed op de melkproductie. Je kan grote borsten hebben en toch weinig melk produceren, of omgekeerd. Heb je de indruk dat je niet genoeg melk produceert om je baby voldoende te voeden, dan moet je in de eerste plaats de oorzaak achterhalen.
Lukt borstvoeding niet?
Drinkt jouw baby niet goed en heb je daardoor te weinig melk? Of produceer je te weinig melk en drinkt je baby daarom niet genoeg? Als je op die vragen een antwoord kan geven, sta je al een stapje verder.
In het tweede geval zijn er verschillende oorzaken mogelijk, zoals ziekte, ondervoeding, uitdroging, tubulaire borsten met weinig melkklieren, hormonale problemen of een operatie waarbij melkkanalen en zenuwen werden aangetast. Raadpleeg een arts voor een diagnose en eventuele oplossingen. Er zijn ook technieken die je melkproductie kunnen verhogen. In de meeste gevallen kan je je baby voldoende laten bijkomen door hem of haar vaker aan te leggen. Tien tot twaalf voedingen per dag zijn heel normaal. Je kan ook bij elke voeding je beide borsten aanbieden en dat zelfs meerdere keren.
Ook huid-op-huidcontact kan de melkproductie optimaliseren. Probeer je baby ook goed wakker te houden tijdens het voeden en om de twee uur wakker te maken voor een voeding. Lukt dat niet, dan kan je jouw melkproductie ook blijven stimuleren door regelmatig af te kolven. Ook bepaalde geneesmiddelen kunnen een negatief effect hebben op de productie, net als kruiden zoals salie en een grote hoeveelheid munt.
Met dank aan borstchirurg prof. dr. Ann Smeets, arts-journalist Marleen Finoulst, Pink Ribbon, La Leche League, Transgender Infopunt (TIP) en seksuologe Ina Van Ransbeeck.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier