De darmen, ze krijgen niet voor niets de bijnaam ‘je tweede brein’. Het veel te ondergewaardeerde orgaan heeft immers een grote impact op hoe het met je gaat. En niet alleen op de wc. Dat ontdekte redactrice Elien toen ze met haar neus in de boeken dook en op zoek ging naar haar buikgevoel.
Redactrice Elien: ‘Als My body & me-redactrice praat ik elke week met iemand over zijn/haar/hun lijf. Wat me vaak opvalt, is dat onze buik – aan de buiten- én binnenkant – met stip ons minst gewaardeerde lichaamsdeel is. Ook dat alom bekende “opgeblazen gevoel” (en het bijbehorende bolle buikje) wordt vaak gehaat. Maar dat er elke dag zoveel gebeurt in je buik en dat die daardoor beweegt, knort, gromt, opblaast, weer inzakt, rommelt, dubbelvouwt en noem maar op, is nu net wat je buik zo bijzonder maakt. Want naast eten verteren doet je spijsvertering nog veel meer voor je fysieke én mentale gezondheid. Dat leerde ik na een babbel met de gastro-enteroloog en een deep dive in de meest gutsy lectuur. Zo ontdekte ik de charme van onze darmen en kan ik delen waarom het zo belangrijk is om goed voor je buik te zorgen en meer naar je buikgevoel te luisteren, letterlijk en figuurlijk.’
Buik to basics
Wanneer je eet, komt je voeding via je slokdarm in je maag terecht. Daar wordt het overgoten met een zuur ‘sausje’: maagzuur. Dat zorgt ervoor dat de eiwitten in je eten makkelijker verteerd kunnen worden. Daarna gaat je eten verder naar je darmen.
Wanneer je eet, komt je voeding via je slokdarm in je maag terecht. Daar wordt het overgoten met een zuur ‘sausje’: maagzuur.
Die darmen, daar heb je heel wat meter van. Om het eenvoudig te houden, wordt er meestal op de dunne darm (die zo’n vier tot zes meter lang is!) en de dikke darm (die iets minder dan een meter lang is) gefocust. Je vertering gebeurt voornamelijk in je dunne darm. Daar wordt de voeding opgesplitst in heel kleine deeltjes, zodat die kunnen worden opgenomen in je bloed. In de dikke darm wordt het vocht nog uit dat verteerde voedsel gehaald en wordt je eten omgevormd tot stoelgang oftewel drolletjes. Zodra die stoelgang je endeldarm, het laatste stukje darm, bereikt, wordt die uitgerekt en krijg je het gevoel dat je naar het toilet moet gaan.
A je moe kakke, moe je kakke
Gemiddeld duurt het hele verteringsproces van je ontbijt, lunch of avondmaal twee à drie dagen. Als je dus na het eten meteen het gevoel hebt dat je naar het toilet moet, is het niet de maaltijd die je net gegeten hebt die er ook alweer uit wil. Het zijn de voedingsstoffen die ervoor zorgen dat je darmen gaan samentrekken en zo de stoelgang die al aanwezig was in je dikke darm verder naar je endeldarm duwen.
Als je na het eten meteen het gevoel hebt dat je naar het toilet moet, is het niet de maaltijd die je net gegeten hebt die er ook alweer uit wil.
Dat alles doen je darmen en de rest van je spijsverteringssysteem bovendien volledig zelfstandig. Je spijsvertering is een zelfregulerend orgaan met een eigen zenuwstelsel boordevol zenuwcellen (ongeveer 500 miljoen!). Dat is de reden waarom je darmen ook weleens de bijnaam ‘je tweede brein’ krijgen. Je darmen hebben met andere woorden je hersenen niet nodig om hun werk te doen, maar staan er toch mee in verbinding. En dat heeft behoorlijk wat impact op de rest van je lichaam én zelfs op je geest.
Stresskakske
Dat je darmen en hersenen in connectie staan en zo met elkaar kunnen communiceren, heeft een best grote impact op hoe je spijsvertering op bepaalde zaken in je leven reageert. Zo zorgde die connectie er lang geleden voor dat de darmen van onze voorouders in stresssituaties volledig werden stilgelegd door de hersenen. Want als je dringend moet vluchten voor een mammoet, heb je natuurlijk geen tijd om snel een drolletje te draaien. Bovendien kan je lichaam zo meer bloed naar andere organen laten gaan, zoals je hart en je spieren, zodat die tijdelijk harder kunnen werken.
Dat je darmen en hersenen in connectie staan en zo met elkaar kunnen communiceren, heeft een best grote impact op hoe je spijsvertering op bepaalde zaken in je leven reageert.
Toch moeten heel wat mensen vandaag de dag vaak net sneller of vaker naar het toilet wanneer ze stress hebben. Dat komt omdat stress in onze moderne wereld in veel gevallen een andere vorm aanneemt. In plaats van korte vlagen van dreiging door heel acute gebeurtenissen hebben we vandaag voortdurend kleine hoeveelheden stress in ons lijf. We worden langdurig aan die chronische stress blootgesteld, waardoor onze hersenen ook onze darmen chronisch en langdurig in de war kunnen brengen.
Tweerichtingsverkeer
Stress kan een invloed hebben op de werking van je darmen, maar dat geldt ook in de andere richting: je darmen hebben ook een impact op hoe je je voelt, op je gemoed. Dat komt omdat meer dan 90 procent van de hoeveelheid serotonine in je lichaam wordt aangemaakt in je darmen. Serotonine is een hormoon in de hersenen dat – naast andere factoren, natuurlijk – een invloed heeft op hoe je je voelt, op hoe gelukkig of depressief je bent. In je darmen zorgt dat hormoon eigenlijk voor het voortstuwen van het voedsel en het bewegen van je darmen, maar het heeft ook een effect op je hersenen omdat die dus met elkaar in connectie staan en elkaar beïnvloeden. Met andere woorden: hoe gezonder je darmen, hoe beter je gemoed.
Serotonine is een hormoon in de hersenen dat een invloed heeft op hoe je je voelt, op hoe gelukkig of depressief je bent en wordt voor 90 procent aangemaakt in de darmen.
Er worden trouwens minstens twintig hormonen aangemaakt in je darmen. Die zijn voornamelijk verantwoordelijk voor de regulatie van je voedselinname. Een voorbeeld is leptine, dat zorgt voor je verzadigingsgevoel. Hoewel overgewicht natuurlijk een kwestie van heel veel factoren is, kan het dus ook voor een deeltje aangeboren zijn of veroorzaakt worden doordat je darmen en de hormoonwerking ervan ontregeld raken.
Gezond, gezonder, stront
Het immuunsysteem van de mens kan je vergelijken met een leger dat je lichaam moet beschermen. In je darmen zit heel veel vreemd materiaal, zoals voedsel, maar ook biljoenen bacteriën. Net zoals een leger niet zomaar met iedereen in oorlog mag gaan, mag ook ons immuunsysteem niet zomaar alles wat het niet meteen herkent als lichaamseigen beginnen aanvallen. Dat zou immers heel veel schade veroorzaken in je lichaam. Je immuunsysteem moet dus leren wat wel en niet gevaarlijk is.
Dat we vandaag de dag eigenlijk te hygiënisch in het leven staan, heeft een impact op onze gezondheid.
Als foetus begin je met een immuunsysteem dat nog maar weinig kennis ter zake heeft. Zodra je ter wereld komt, komt je immuunsysteem met de eerste vreemde bacteriën in aanraking. (Bij een keizersnede gebeurt dat niet, wat vermoedelijk een impact heeft op je latere darmflora.) Ook borstvoeding, de keuze van voeding, of je antibiotica krijgt in je kindertijd… heeft een effect. Kort door de bocht: hoe meer bacteriën je van kindsbeen af in je systeem krijgt, hoe beter je immuunsysteem zich kan wapenen, want zo kan het eraan wennen. Daarom raden experts aan om je kindje ook niet té proper op te voeden en hem/haar/die wél allerlei dingen in de mond te laten stoppen. Dat we vandaag de dag eigenlijk te hygiënisch in het leven staan, heeft een impact op onze gezondheid. Zo zijn er vandaag heel wat ziektes die te wijten zijn aan die te propere manier van leven, zoals auto-immuunziektes als astma en hooikoorts, waarbij je immuunsysteem gaat reageren op je eigen lichaam en het gaat beschadigen. Zo wordt je lichaam dus allergisch voor stoffen waarvan het nooit geleerd heeft dat ze eigenlijk geen kwaad kunnen.
Pro bacteriën
Als je alle bacteriën in je lichaam samen op een weegschaal zou kunnen leggen, zouden ze ongeveer anderhalve kilo wegen. In elke gram stoelgang zitten namelijk honderden miljoenen bacteriën. Al die verschillende bacteriën samen noemen we het microbioom. Dat microbioom is net zo eigen aan jouw persoon als je vingerafdrukken en wordt door allerlei zaken bepaald. Toch is het niet zo dat je het alleen moet doen met wat je als kind gekregen hebt. Ook nu nog kan je de aanwezigheid van bacteriën in je lichaam beïnvloeden. Dat kan je doen door bewuster om te gaan met wat je eet en zorg te dragen voor je algemene gezondheid, maar ook door onder meer het nemen van probiotica of zelfs door stoelgangtransplantaties. Vooral bij bepaalde problemen wordt er stoelgang van andere mensen door specialisten getransplanteerd omdat goede probiotica in die stoelgang de slechte bacteriën in een ongezonde darmstelsel kunnen verdrijven. Op dit moment lopen er ook studies om te kijken of zo’n stoelgangtransplantatie ook positieve effecten kan hebben bij bijvoorbeeld spastische of gevoelige darmen.
Oeps, windje...
Er heerst bij veel mensen nog schroom rond windjes en winderigheid, maar het is heel normaal dat je scheetjes laat. Je kan het zelfs niet vermijden. De productie van lucht in je darmen is een heel natuurlijk fe-nomeen. Er komen immers sowieso gassen vrij wanneer de bacteriën in je darmen eten gaan verwerken. Het soort gassen en de geur ervan kunnen wel variëren, afhankelijk van welke bacteriën er in jouw microbioom zitten en van wat je eet, maar gassen zullen hoe dan ook ontstaan. Hoewel ze heel belangrijk zijn voor je gezondheid, zullen bijvoorbeeld groenten je scheetjes meer geur geven. Dat je windjes harder stinken, wil dus helemaal niet zeggen dat je darmen minder gezond zijn.
Dat je windjes harder stinken, wil helemaal niet zeggen dat je darmen minder gezond zijn.
Auw, buikpijn!
Inwendig hebben je darmen eigenlijk geen zenuwen. Aan de binnenkant van je darmen kan je dus eigenlijk geen pijn krijgen, en je voelt ook niet dat je stoelgang passeert. Buikpijn is daarentegen een gevoel dat je krijgt wanneer je darmen samentrekken. In dat geval wordt het vliesje dat rond je darmen zit, uitgerekt. Dat zorgt voor pijn en krampen. Die spasmen kunnen het gevolg zijn van je darmen die gewoon je stoelgang proberen te verwijderen, maar kunnen ook beïnvloed worden door allerlei externe factoren, zoals stress, slechte bacteriën of het soort voeding dat je eet.
Wat ben jij intolerant, zeg
Een van de vaakst voorkomende voedingsintoleranties is die tegen lactose. Dat is een melksuiker dat in je lijf in twee delen wordt gesplitst door een enzym. Alle zoogdieren hebben dat enzym bij de geboorte, maar normaal gezien verdwijnt dat wanneer ze ouder worden, omdat ze dan ook geen melk meer nodig hebben of drinken. Enkel bij de westerse mens blijft het enzym behouden als volwassene, omdat we melk blijven drinken. Toch behoudt vijf à tien procent van de westerse mensen dat enzym niet, en daardoor kunnen ze lactose niet goed meer verwerken.
Met meer zelfzorg en zelfliefde in het leven staan betekent dus ook dat je liever zal moeten zijn voor je buik en alles wat erin zit.
Verwar zo’n lactose-intolerantie niet met een allergie. Een intolerantie kan voor extra gassen en buikkrampen zorgen, een allergie (voor het koemelk-eiwit) veroorzaakt daarentegen een reactie van het immuunsysteem, waardoor je echt ziek wordt.
Volg je buikgevoel
Om een lang verhaal kort te maken: je darmen zijn hyperbelangrijk en naar je buikgevoel luisteren – letterlijk en figuurlijk – heeft dus op veel meer zaken in je lichaam een impact dan alleen op je scheetjes en dat opge-blazen gevoel. Met meer zelfzorg en zelfliefde in het leven staan betekent dus ook dat je liever zal moeten zijn voor je buik en alles wat erin zit. Je spijsvertering is een belangrijk onderdeel van hoe je lijf werkt en krijgt niet voor niets de bijnaam ‘je tweede brein’. Hoe gelukkiger dat tweede brein, hoe beter het ook met je échte hersenen zal gaan en hoe beter je in je vel zal zitten. Oftewel: no guts, no glory!
Tekst: Elien Geboers
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier