Iedereen is uniek, al hebben sommige mensen bepaalde trekjes of gekke gewoontes die hen echt typeren. Bij Isabelle (23) werden haar neurotische trekjes echter een probleem. ‘Als ik toch een witte streep raakte, kon ik niet verder fietsen en dwong ik mezelf om een heel stuk opnieuw te rijden.’
‘Op heel jonge leeftijd was ik al een erg perfectionistisch type. Zo moest alles volgens bepaalde regeltjes gebeuren. Ik kwam de deur niet uit wanneer de veters van mijn schoenen niet loodrecht zaten en als de knopen van mijn jas niet allemaal dichtgeknoopt waren. Op de lagere school was dat gedrag nog vrij onschuldig, maar toen ik in het eerste middelbaar gepest werd, ontwikkelde ik een soort bijgeloof dat vrij extreme proporties aannam (stil).’
Bepaalde volgorde
‘Ik kon in paniek raken als mijn dag niet volgens een bepaalde volgorde verliep. Elke avond moest ik mijn outfit voor school klaarleggen en controleerde ik minstens tien keer of al mijn schoolboeken wel in mijn rugzak zaten. Ik had ook een ochtendritueel waar ik niet van afweek. Tijdens het fietsen naar school verplichtte ik mezelf keer op keer om de witte wegmarkeringen te ontwijken. Als ik toch een witte streep raakte, kon ik niet verder fietsen en dwong ik mezelf om een heel stuk opnieuw te rijden. Deed ik dat niet, dan leefde ik voortdurend in angst dat er iets erg met mij of mijn familie zou gebeuren.’
Mijn dwanghandelingen hadden een grote invloed op mijn doen en laten.
‘Ook voor het slapengaan moest ik eerst minstens een uur tellen. Soms viel ik eerder in slaap en werd ik midden in de nacht met veel stress wakker, doodsbang dat mijn dag niet goed zou verlopen. Mijn dwanghandelingen hadden een grote invloed op mijn doen en laten. In feite heb ik vier jaar lang geen rust gekend in mijn hoofd, wat extreem vermoeiend was.’
‘Uiteindelijk zag ik in dat het zo niet verder kon en heb ik professionele hulp gezocht. Dankzij therapie en EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing, red.) kreeg ik weer grip op mijn leven. Op mindere dagen heb ik nog een enorme afkeer voor het getal 13, maar als ik me kiplekker voel, heb ik nergens meer last van.’
Wanneer wordt een (dwang)neurose een probleem?
‘Een ietwat vreemde tic of gewoonte hoeft niet te wijzen op een groter onderliggend probleem, zoals een dwangstoornis’, zegt klinisch psycholoog Gerrit Belis van psychologenpraktrijk Flow en het Universitair Psychiatrisch Centrum KU Leuven. ‘Het kan wel uitmonden in een stoornis wanneer die handelingen je dagelijkse leven zodanig verstoren dat je bijvoorbeeld niet meer in staat bent om je werk uit te voeren en/of te functioneren binnen het gezin.
Het verschil tussen een stoornis en een kleine neurose heeft onder andere te maken met de tijd die men aan hun handeling(en) spendeert. Zo is er een onderscheid tussen ergens naartoe gaan en aan de deur voelen of ze wel op slot is – eventueel nog een tweede of derde keer om zeker te zijn – en iemand die na tien keer controleren vertrekt, om vervolgens weer naar huis te keren om nog een keer te checken. Vaak start het al tijdens de jeugdjaren met een soort bijgeloof. Denk aan iemand die altijd dezelfde voetbalschoenen draagt, omdat hij of zij denkt zo de wedstrijd te zullen winnen. Op zich is dat vrij onschuldig, maar als de ernst toeneemt, de angst je overspoelt wanneer je die voetbalschoenen niet draagt en je het nooit op een andere manier kan doen, heeft dat een grote impact op je leven. In dergelijke situatie kan er sprake zijn van een obsessief-compulsieve stoornis en moet je professionele hulp zoeken.’
Lees ook:
- 6 Nederlandstalige podcasts die mentale gezondheid bespreekbaar maken
- Do’s-and-don’ts bij iemand die worstelt met een psychisch probleem
- 13 dingen die je kan doen als je je eenzaam voelt
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier