Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
boos
© Alex Green via Pexels

In 'Het BOOSboek' vertelt Jan Flamend waar de wortels van onze woede liggen.

Waarom worden we zo vaak boos en wat kunnen we eraan doen?

De redactie

Het verkeer op de Antwerpse ring. De Belgische politiek. De oorlog in Gaza. Er zijn heel wat kleine en grote dingen die ons boos maken. Soms kan woede een katalysator zijn, maar wat als boosheid de overhand neemt? Flair ­onderzoekt waarom we boos worden, en wat je eraan kan doen.

‘We zijn allemaal al eens heel boos geworden, en achteraf hebben we ons ongetwijfeld de vraag gesteld waar die boosheid vandaan kwam, hoe ze getriggerd werd en wat we ertegen kunnen doen’, schrijft Jan Flamend. In ‘Het BOOSboek’ vertelt hij waar de wortels van onze woede liggen volgens wetenschappers uit verschillende domeinen en tijdperken.

Het reptielenbrein

‘Voor evolutiebiologen is de zaak eenvoudig. Ons brein is niet meegeëvolueerd met de complexe samenleving waarin we nu functioneren. Ze spreken van een mismatch. We zitten nog met een stuk oud brein vanuit de oertijd. Het reptielenbrein dat erop ­gericht is gevaar te detecteren, en ons accuraat laat reageren’, aldus Flamend.

Het zogezegde reptielenbrein, ook wel lizard brain in het Engels, is een term van neurowetenschapper Paul MacLean die verwijst naar de diepste lagen van ons brein. Dit oeroude ­gedeelte van de hersenen zou een evolutionair overblijfsel zijn van onze reptielachtige voorouders en instaan voor het regelen van basisfuncties als beweging, ademhaling, honger, overleving en voortplanting.

Ook de primitieve emotie boosheid zou rechtstreeks uit ons reptielenbrein vloeien. Hoewel MacLeans hypothese de voorbije decennia weerlegd werd, heeft zijn theorie nog steeds een grote invloed. De volgende keer dat je in een vlaag van blinde razernij de printer te lijf gaat, omdat de inktpatronen alwéér op zijn, kan je je collega’s dus geruststellen: ‘Excuseer, dat was mijn reptielenbrein.’

De vier sappen

Nog een theorie die ondertussen ontkracht is: die van de vier sappen. ‘De oude Grieken en Romeinen waren ervan overtuigd dat de gemoeds­toestand van mensen bepaald wordt door het evenwicht of onevenwicht tussen vier lichaamssappen die de werking van ons lichaam en geest beheren: bloed, gele gal, zwarte gal en slijm’, schrijft Flamend.

De Griekse geleerde Hippocrates is de peetvader van de vier sappen en de Romeinse geneesheer Galenus bouwde verder op zijn theorie, die tot in de negentiende eeuw overeind bleef. Ondertussen weten we dat boosheid nìet te wijten is aan een ­teveel aan gal, maar Galenus’ leer heeft wel sporen nagelaten in onze woordenschat. Denk maar aan de uitdrukken ‘gal spuwen’.

De drie C’s

Als het reptielenbrein of de vier ­levenssappen niet aan de basis liggen van onze woede, wat dan wel? Volgens psycholoog Aaron Beck zit het antwoord ’m in onze zwakke punten ofte buttons. Elke mens heeft andere buttons, van trots tot jaloezie. Wanneer iemand op een van die knopjes drukt, triggert dat een gedachte en vervolgens een gevoel, waaronder boosheid.

Woede is dus niet primitief of aan­geboren, maar een gevolg van onze gedachten. Beck ontwikkelde de cognitieve gedragstherapie om patiënten bewust te maken van hun negatieve gedachtepatronen en hen te leren om deze te doorbreken door middel van de drie C’s: Catch, Check, Change. 1. Vang de gedachte die je emoties triggert. 2. Check of die gedachte wel juist of nuttig is. 3. Zet de negatieve gedachte om in iets positiefs.

Becks vorm van psychotherapie wordt tot vandaag gebruikt, maar ook zonder sessie bij de psycholoog kan je je gedrag leren bijsturen door je bewust te worden van je triggers. Sta de volgende keer dat je boos wordt eens stil bij de achterliggende gedachte. Wat ligt er aan de oorzaak: jaloezie, frustratie, ego? Klopt het wel wat je denkt, of heeft het nut? Probeer vervolgens die negatieve gedachten om te buigen. Bye bye boosheid.

Tekst: Catherine Kosters

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' ' '