'Ben ik in de fout gegaan? Heb ik mijn grenzen wel duidelijk genoeg aangegeven?'
Waarom slachtoffers van seksueel grensoverschrijdend gedrag vaak zwijgen: ‘Ze zoeken de schuld bij zichzelf’
Nu de namen van de negen vrouwen die Bart De Pauw (52) beschuldigen van seksueel grensoverschrijdend gedrag bekend zijn, woedt de discussie opnieuw. Dezelfde verwijten komen telkens terug. Zijn de dames “zo flauw” dat ze niet tegen een sms’je kunnen? En hadden ze niet kunnen reageren toen het gebeurde, in plaats van jaren te zwijgen? We leggen het voor aan psycholoog Viktor Van der Veken en aan Erika Frans, expert seksueel grensoverschrijdend gedrag bij Sensoa.
Belaging en elektronische stalking, zo luidt de aanklacht tegen Bart De Pauw. Hoewel er ook sprake zou zijn van ongewenste nachtelijke bezoekjes aan huis, draait de rechtszaak vooral om vunzige berichtjes die de tv-maker stuurde. Het zijn “maar sms’jes”, vinden sommigen. Psycholoog Viktor Van der Veken houdt zich bij de Vlaamse Ombudsdienst bezig met grensoverschrijdend gedrag in de cultuursector. Hij verduidelijkt: ‘Ik kan geen uitspraken doen over deze zaak, maar ik heb wel al gelijkaardige cases van seksueel grensoverschrijdend gedrag behandeld. In die gevallen waren het niet zomaar sms’jes. Het gaat dan over het aanhoudend sturen van berichten, ook nadat men aangegeven heeft dat het niet gewenst is. Wanneer je grenzen niet erkend of gerespecteerd worden, ontstaat het idee dat de andere kwade intenties heeft.’
‘Aanhoudend sturen zorgt er bovendien voor dat het slachtoffer geen rust kan vinden. We zijn tegenwoordig altijd toegankelijk via onze smartphone, wat bij velen voor overprikkeling zorgt. Als daar nog eens ongewenste prikkels bijkomen, kan dat leiden tot verhoogde stress en psychisch lijden.’ Een van de vrouwen zou in drie weken tijd zo’n 900 berichten hebben ontvangen van De Pauw.
Vertrouwenspersoon gezocht
Een vaak gehoord verwijt is dat de slachtoffers van De Pauw maar onmiddellijk hun mond hadden moeten opentrekken, ofwel rechtsreeks tegen hem ofwel tegen een preventieadviseur. Waarom wacht iemand als Maaike Cafmeyer, een mondige vrouw die meer dan 15 jaar geleden al met Bart De Pauw werkte in ‘Het Geslacht De Pauw’, zo lang om hiermee naar buiten te komen, vragen kritische commentatoren zich af. ‘Ten eerste weten we niet of die vrouwen nooit eerder melding hebben gemaakt van De Pauws gedrag’, zegt Erika Frans, expert seksueel grensoverschrijdend gedrag bij Sensoa. ‘Dat is op dit moment niet duidelijk. Het zou best kunnen dat dat wel is gebeurd, maar dat dit destijds niet gehoord werd of niet opgevolgd is.’ De Morgen schreef in 2017 dat De Pauw tijdens de opnames van ‘Loft’ in 2008 al een keer op het matje werd geroepen omwille van z’n gedrag tegenover vrouwelijke medewerkers.
‘Daarnaast is het mogelijk dat er destijds geen onafhankelijke vertrouwensfiguur aanwezig was aan wie de slachtoffers hun klacht kwijt konden, of dat ze er geen weet van hadden.’ Sinds 1996 is er wel een wet die bepaalt dat bedrijven vanaf een bepaald aantal werknemers iemand moeten aanstellen als preventieadviseur. Bij de VRT is dat het geval. ‘De preventieadviseur moet werknemers onafhankelijk kunnen helpen, en desnoods de directie adviseren over verdere stappen’, legt Frans uit. ‘Maar als diegene over wie de klacht gaat in de directie zit en dus mee beslist over de toekomst van de werknemer, dan wordt het moeilijk. Vaak zeggen slachtoffers daarom niets. Uit onderzoek blijkt ook dat werknemers er weinig vertrouwen in hebben dat zulke klachten worden opgevolgd, of dat ze gewoon niet weten bij wie ze terechtkunnen.’
Deze zaak is het toonbeeld van waar de #MeToo-beweging voor staat: mensen die los van elkaar beseffen dat ze hetzelfde hebben meegemaakt en de krachten bundelen om samen sterk te staan.
Zo’n machtsverhouding maakt het des te moeilijker voor slachtoffers van seksueel grensoverschrijdend gedrag om aan de alarmbel te trekken. Van der Veken legt uit: ‘De machtsverhouding tussen een baas en werknemer is formeel, maar er kan ook een informele machtsverhouding bestaan. In een kleine wereld als de cultuursector heeft iemand die veel aanzien geniet informele macht. De televisie- en filmwereld is zo’n dicht netwerk dat de slachtoffers kunnen vrezen dat ze hun professionele kansen bij heel wat mensen in die wereld fnuiken als ze naar voren komen met een verhaal over die machtsfiguur. In de culturele sector is er nu eenmaal heel hoge onzekerheid en competitiviteit, en kan je snel aan de kant geschoven worden. Als de zogenaamde pleger groot is in zijn vak, is het bovendien mogelijk dat het slachtoffer admiratie voelt voor die persoon, maar desondanks grote moeite heeft met hem als werkgever of medewerker. Die dubbelzinnigheid versterkt de interne twijfel alleen maar. Al die factoren maken het allesbehalve makkelijk om naar buiten te treden.’
Schuld en schaamte
De tijdsgeest droeg ongetwijfeld bij aan de beslissing van de vrouwen om naar de VRT te stappen. Dat zegt Erika Frans: ‘Deze zaak is het toonbeeld van waar de #MeToo-beweging voor staat: mensen die los van elkaar beseffen dat ze hetzelfde hebben meegemaakt en de krachten bundelen om samen sterk te staan. Door die beweging konden vrouwen plots samen hun schroom overwinnen en toegeven dat hen hetzelfde overkomen is. Dat voelt heel anders dan wanneer je in je eentje je vinger opsteekt om iets te zeggen.’ Bovendien kwamen de vrouwen door elkaars verhalen tot het besef dat het allesbehalve aan hen lag. Dat geloven slachtoffers namelijk vaak, zegt Van der Veken, waardoor er ook schaamte bij komt kijken . ‘Aanvankelijk zoeken slachtoffers de schuld bij zichzelf. Ben ik in de fout gegaan? Heb ik mijn grenzen wel duidelijk genoeg aangegeven? Ben ik kordaat genoeg geweest? In situaties die buiten onze controle liggen, gaat ons brein op zoek naar oorzaken binnen onszelf om op die manier toch een gevoel van controle te krijgen. Dat is vermijdingsgedrag om onszelf te beschermen, maar het is een heel contraproductieve reactie die alleen maar meer psychisch leed veroorzaakt. Het is een proces om voorbij die eerste reactie te geraken, waardoor slachtoffers vaak niet meteen de emotionele draagkracht hebben om iets te doen.’
Aanvankelijk zoeken slachtoffers de schuld bij zichzelf. Ben ik in de fout gegaan?
En dan is er nog de vrees om niet geloofd te worden. Een vrees die helaas nog steeds terecht blijkt. ‘Van pesten en agressie zijn vaak getuigen, maar seksueel grensoverschrijdend gedrag bevindt zich meestal in de intimiteit, waardoor het veel moeilijker te bewijzen is. Het voordeel is dat er in dit geval wel concrete bewijzen zijn, namelijk de sms-berichten’, aldus Frans. Van der Veken vult aan: ‘Vroeger kreeg je al snel de stereotiepe reactie: ach, je moet niet zo flauw doen. Terwijl er helemaal geen sprake is van flauw doen. Grensoverschrijdend gedrag zit vaak in een grijze zone, waardoor het subjectief lijkt. Maar het is de verantwoordelijkheid van ons allemaal om een werkomgeving en -cultuur te creëren waarin iedereen zich veilig en gerespecteerd voelt.‘
Van grijs naar gekleurd
Aan die veilige werkomgeving werken Frans en Van der Veken allebei mee. Voor Sensoa werkt Frans een Vlaggensysteem uit voor volwassenen, onder andere in de werkomgeving, zoals ze dat eerder al deed voor kinderen en jongeren. Daarmee zou de grijze zone van seksueel grensoverschrijdend gedrag iets meer kleuren moeten krijgen. Van der Veken gaat momenteel het derde (en voorlopig laatste) jaar in van een project dat in 2019 door toenmalig minister van Media Sven Gatz opgestart werd. Samen met psychologe Nina Callens werd hij aangesteld bij de Vlaamse Ombudsdienst om mensen uit de cultuur- en mediasector te helpen bij kwesties van grensoverschrijdend gedrag. Aangezien er in die sector veel freelancers werken, hebben zij zelden een aanspreekpunt.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier