'De haartjes kortzetten, brengt vaak veel emoties met zich mee. Mensen beginnen dan te denken: "Nu heb ik het, nu voel ik me echt ziek".'
Haarwerkspecialist David: ‘Ik wil chemopatiënten weer een kapsel geven, niet zo maar een pruik waarin ze zichzelf niet eens herkennen’
Haaruitval is een van de meest zichtbare gevolgen van chemotherapie. Sjaaltjes en hoeden kunnen daarbij soelaas bieden, maar ook een pruik kan je door deze moeilijke periode heen helpen. Kapper en haarwerkspecialist David Schroeven van Hair2Care ziet het als zijn persoonlijke missie om patiënten weer een glimlach op hun gezicht te toveren met een pruik die écht bij hen past.
Vanwaar de keuze om je naast je kapperszaak te specialiseren in pruiken?
‘Ik was 19 jaar toen iemand in mijn familie met borstkanker geconfronteerd werd en ik vond dat er veel meer uit een pruik te halen was. Ik wou mensen ondersteunen en hen weer een kapsel geven, niet zo maar een pruik waarin ze zichzelf niet eens herkenden als ze in de spiegel keken.’
Opleidingscentra waren er niet, dus ging ik ten raden bij bedrijven die in pruiken handelden. Zowel in België als in Nederland. Zo ben ik uiteindelijk in contact gekomen met iemand die me de technische kant kon onderwijzen. Daarna volgden talloze cursussen en seminaries, die brachten me zelfs tot in Las Vegas. Beetje bij beetje bouwde ik expertise op en mag ik me nu uiteindelijk al 18 jaar haarwerkenspecialist noemen. Een job die ik vanuit mijn hart uitoefen.’
Er rustte lange tijd een taboe op pruiken, waarom?
‘Mensen die nog nooit met haaruitval geconfronteerd zijn geweest, denken bij een pruik meteen aan carnaval. Stug haar, onnatuurlijke kleuren… kortom een haarstuk waarmee ze een mal figuur slaan. Dat weerhoudt mensen niet alleen om een pruik te komen passen, maar ook simpelweg om erover te praten. Hier kom je echter in een heel ander verhaal terecht. Van het binnenwerk tot de haren: de kwaliteit van (synthetische) pruiken is tegenwoordig ongezien. Wanneer een klant vertelt dat een oncoloog of verpleegster niet eens doorheeft dat hij of zij een pruik draagt, schept dat vreugde én vertrouwen.’
Jullie hebben ook een zaak in het ziekenhuis van Mechelen. Verlaagt dat de drempel?
‘Absoluut. Onze zaak zit op de eerste verdieping, schuin tegenover de borstkliniek. Doordat mensen in dezelfde vertrouwde omgeving blijven en ze bovendien begeleid worden, verlaagt dat de drempel zeker om advies in te winnen. Ik vind het trouwens belangrijk dat patiënten me kunnen bereiken, zowel emotioneel als financieel. Losstaand van de haaruitval komt er nog veel meer bij een kankerdiagnose kijken.’
Hoe gaat de zoektocht naar een pruik precies in zijn werk?
‘Alles start bij een intakegesprek, wat ik bewust vrijblijvend en kosteloos hou. De patiënt neemt daarbij plaats in een discrete ruimte in onze zaak en wordt in de eerste plaats gerust gesteld. Het is belangrijk dat ze weten dat er naar hen geluisterd wordt. Ik ben er om de klant in te lichten – van wat een pruik nu werkelijk is tot de verschillende prijscategorieën –, niet om voor hen een keuze te maken. We bekijken vervolgens welke kleur, snit en structuur hun huidig kapsel heeft en gaan dan op zoek naar een pruik die daarop aansluit. We hebben zo’n 200 pruiken in stock. Een must, want we merken dat mensen hun bezoek vaak uitstellen tot de haren beginnen uit te vallen en dan moet het snel gaan.’
Dat lijkt me toch wel het allermoeilijkste moment?
‘Oh ja. Tussen de 15de en de 20ste dag na het begin van de chemobehandeling zijn de eerste tekenen van haaruitval daar. We adviseren onze klanten dan ook om niet te wachten tot het haar in plukken uitvalt, omdat dat toch wel confronterend kan zijn. De haartjes kortzetten op een kleine centimeter brengt vaak een rollercoaster aan emoties met zich mee. Mensen beginnen dan te denken: “Nu heb ik het, nu voel ik me echt ziek”. Als het afscheren van de haren te moeilijk wordt, draaien we de persoon weg van de spiegel. Al verloopt het soms ook luchtiger. Onlangs had ik een jonge mama bij me met kindjes tussen de zes en negen jaar oud. De ouders hadden het zo geïmplementeerd dat de zoon en dochter de haren bij mama mee zouden afscheren. Een speciaal moment.’
En als ze de pruik dan uiteindelijk ophebben?
‘Vanaf het moment dat je de pruik opzet en bijknipt, zie je hen toch een beetje ophelderen. Daar doen we het tenslotte ook voor. Wij kunnen het gevoel van een pruik dragen niet wegnemen, maar we kunnen hen wel het vertrouwen geven dat mensen niet eens merken dat ze een pruik dragen.’
De eerste stap, het haarverlies onder ogen zien en naar de kapper gaan, is vaak erg moeilijk.
Hoelang gaat een pruik doorgaans mee?
‘Op papier een jaar tot een jaar en half, dan is het beste eraf. Je kan de pruik dan nog steeds dragen, maar je merkt dat er slijtage is. Het binnenwerk wordt groter, de haren springen naar buiten, de punten friseren… De levensduur hangt ook af van hoe je ermee omspringt. Een pruik moet onderhouden worden en omdat mensen daar toch vaak mee worstelen, kunnen ze bij ons kiezen voor een onderhoudsabonnement. Daarbij komen ze om de 2 à 3 weken langs om de pruik professioneel te laten reinigen. Op deze manier kunnen we ook kort op de bal spelen en de mensen nog beter begeleiden.’
Kiezen mensen vaak voor een compleet ander kapsel?
‘In die 18 jaar dat ik bezig ben, kan ik de mensen die voor een ander kapsel kiezen op twee handen tellen. Smaakverandering, een droge huid… er zijn helaas heel wat nevenwerkingen tijdens chemotherapie. Er verandert immens veel voor patiënten. Neem daarbij nog eens een ander kapsel, dat is vaak te veel. Mensen met alopecia areata (n.v.d.r een haaraandoening, waarbij een persoon vrij plotseling gedeeltelijk kaal wordt) daarentegen durven weleens voor een compleet ander kapsel te kiezen.’
En het prijskaartje?
‘Carnavalspruiken koop je voor 80 tot 120 euro, maar voor de betere synthetische pruiken tel je zo’n 950 euro neer. Het prijsverschil zit hem in het draagcomfort en de kwaliteit van de synthetische vezel. Voor een pruik met echt haar betaal je dubbel zoveel. Daar bedraagt de startprijs zo’n 1600 euro. Europees haar is het duurste op de markt, omdat we er nu eenmaal minder van hebben.’
Hoe draagt het dragen van een pruik bij aan het herstel, denk je?
‘Het feit dat ze zichzelf blijven herkennen als ze in de spiegel kijken, is een enorme meerwaarde. Uiteraard zullen er dagen zijn waarop ze zich ziek zullen voelen, maar op dagen waarop ze zich wel beter voelen, worden ze niet voordurend met dat ziektebeeld geconfronteerd. Ik ben geen psycholoog, maar de gesprekken die in de kapperstoel gevoerd worden zijn wel vaak erg diepgaand. Om dicht bij de mensen te kunnen staan, wilde ik dan ook graag meer weten over de ziekte. Daarom heb ik zes jaar geleden een kankeropleiding gevolgd, wat een traject van twee jaar was, en elk jaar is er ook een verplichte bijscholing. Voor mij is dit niet zo maar een een pruik verkopen.’
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
