'Uit onderzoek blijkt dat het vooral gedaan wordt om te ventileren en moeilijke emoties vrij te laten.'
Professor Pabian over cyberpesten en online bodyshaming: ‘Hoe vaker we ermee geconfronteerd worden, hoe normaler we het gaan vinden’
Vorige week reageerde Jani Kazaltzis nog uitgebreid op gemene bodyshamers. En ook Camille Dhondt, Julie Vermeire en Lotte Vanwezemael moesten zich al stevig verweren tegen online negativiteit en commentaar op sociale media. Uit onderzoek blijkt zelfs dat 1 op de 10 jongeren in de afgelopen zes maanden geconfronteerd is geweest met cyberpesten. Wij spraken dan ook met professor Sara Pabian (37) over het effect van cyberpesten en bodyshaming op onze mentale gezondheid en waarom sommigen de drang voelen om negativiteit te verspreiden.
We zijn allemaal, als slachtoffer of bijstander, helaas al geconfronteerd geweest met cyberpesten, hate speech of online bodyshaming. Hoewel het nog het vaakst onder jongeren voorkomt, is het ook bij volwassenen niet meer weg te denken. Dat bewijzen de voorvallen bij Jani, Camille en Lotte. Sara Pabian, professor in communicatiewetenschappen, heeft al heel wat onderzoek gedaan naar het effect ervan op onze mentale gezondheid en welke drijfveren schuilgaan achter het gedrag.
Aard van het beestje
‘We hebben gemerkt dat mensen die zowel online als offline gepest zijn geweest, een verhoogd risico hebben op mentale gezondheidsproblemen tijdens de volwassenheid, zoals depressie, eenzaamheid, eetstoornissen en zelfs suïcidale gedachten. En die kans is nog veel groter in vergelijking met mensen die enkel offline of online met negatief gedrag in aanraking komen.’ En dat is niet positief. ‘Het schrikt me af. Want jongeren maken vandaag intensief gebruik van sociale media, dus dat moeten we goed in het oog houden’, aldus Pabian.
Mensen die zowel online als offline gepest zijn geweest, hebben een verhoogd risico op mentale gezondheidsproblemen zoals depressie, eenzaamheid, eetstoornissen en zelfs suïcidale gedachten.
Sara Pabian
Professor in communicatiewetenschappen
Online negativiteit kan dus serieuze gevolgen hebben. Het is dan ook de indirecte aard van cyberpesten en online bodyshaming die de drempel verlagen om eraan mee te doen. Zo stelt Pabian dat een scherm, minder controle en dus ook minder directe confrontatie ervoor zorgen dat daders makkelijker toehappen. Dat maakt dat er op platformen als Twitter, Facebook en Instagram veel negativiteit hangt. Daarom is het volgens Pabian heel belangrijk om er niet in mee te gaan: ‘Wanneer je een ambigue uitspraak als een daad met slechte bedoelingen interpreteert, kan dat een negatieve reactie opwekken. Dan kom je in een spiraal van negativiteit terecht, wat we vaak zien op platformen zoals Twitter.’
Als uitlaatklep
Maar vanwaar de drang om op sociale media commentaar naar een ander z’n hoofd te slingeren? Pabian merkte enkele typische drijfveren op bij volwassenen: ‘Wat we vaak zien is dat ze negatieve emoties ervaren, waardoor je eigen drempels sneller overschreden kunnen worden als je emmer volloopt. Dan reageren we iets impulsiever, op een manier waarop we dat normaal niet zouden doen. Dat gebeurt dus wanneer iemand zelf gecyberpest is geweest, of gewoon een slechte dag heeft, stress voelt of ruzie heeft gehad. Anderen doen het dan weer als tijdverdrijf of uit verveling.’
Dat maakt dat cyberpesten en bodyshaming als een soort uitlaatklep werkt, maar wel eentje die diepe littekens kan achterlaten bij anderen. ‘Uit onderzoek blijkt dat deze mensen het vooral doen om te ventileren en moeilijke emoties vrij te spelen. Maar werken het op die manier wel uit op iemand anders,’ legt Pabian uit.
Met humor
Voor wie al geconfronteerd is geweest met zulk gedrag of wil weten hoe je er best mee om kan gaan, heeft ze dan ook goede raad. Volgens haar is het erg belangrijk om niet agressief te reageren op de dader, integendeel zelfs: ‘We zien vaak bij influencers of celebrity’s dat zij met humor reageren. En dat is een speelse manier waarmee je enerzijds de aandacht vestigt op wat er is gebeurd, en anderzijds awareness creëert dat dat gedrag niet oké is.’ Zo zou er zelfs op Twitter een automatische bot bestaan die op hate speech reageert met memes van katjes. Zo kan het ook, natuurlijk.
Vaak reageren influencers met humor. Dat is een speelse manier om er aandacht op te vestigen en toch awareness te creëren.
Positieve tegenkracht
Het hoeft dus geen somber boeltje te worden op het internet. Gelukkig zien we dat sociale media ook positief worden ingezet en zelfs negatieve ideeën kunnen doorbreken. Dat bewijzen succesvolle bewegingen als #bodypositivity en Black Lives Matter die erin slaagden om een heleboel mensen bewust te maken van bepaalde thema’s. ‘Onderzoek toont aan dat zo’n movements een positieve impact kunnen hebben op mensen. Via onderzoek weten we al dat sociale media een negatief effect kunnen hebben op ons zelfbeeld. Maar op die manier zouden zulke bewegingen een tegenkracht kunnen bieden‘, aldus de professor.
We weten dat sociale media een negatief effect kunnen hebben op ons zelfbeeld. Bewegingen zoals #bodypositivity zouden op die manier een tegenkracht kunnen bieden.
En naast positieve bewegingen, kunnen sociale media nog steeds een grote rol spelen bij het leggen van vriendschappen, tegenstrijden van eenzaamheid en elkaar steunen in moeilijke tijden. En dat mag ook gevierd worden.
Wat te doen
Maar bewuster met sociale media omgaan kan wel van essentieel belang zijn. ‘Ik denk dat mensen onderschatten hoe vaak ze online zijn,’ zegt Pabian. ‘Daarom moeten we hen bewust maken van het idee dat er bepaalde content niet per se goed is. We moeten dus zeker een inspanning blijven doen.’
Maar wat doe je dan best als je, als slachtoffer of bijstander, geconfronteerd wordt met negatief gedrag online? ‘Je kan een post of reactie verwijderen, melden of laten staan. In ieder geval is het belangrijk om bewijsmateriaal bij te houden, want dan kan de politie ingrijpen moest het escaleren. Praat er ook over met vrienden of familie. Als je dat moeilijk vindt, kan je beroep doen op verschillende support systems zoals forums en hulplijnen’, raadt Pabian aan.
Heb je nood aan een luisterend oor? Maak anoniem contact met de hulplijn 1712. Ben je minderjarig? Dan kan je anoniem terecht bij awel.be.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier