Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
Danira Boukhriss en Hinda Bluekens ‘Start gemist’
© VRT

‘Duizenden kinderen zitten in onveilige situaties en hebben een pleeggezin nodig, maar er is gewoon geen plek. Dat breekt mijn hart!’

Danira en Hinda in ‘Start gemist’: ‘Kinderen zijn dé belangrijkste groep in onze samenleving. We moeten ze ook zo behandelen.’

Herlinde Matthys
Herlinde Matthys Webjournalist

Danira Boukhriss Terkessidis (33) en Hinda Bluekens (35) gaan in de docu ‘Start gemist’ op bezoek in het kindertehuis waar die laatste haar eerste levensjaren verbleef. Ze praten met haar toenmalige medebewoners en ontdekken dat niet iedereen goed terechtkwam. ‘Ik vind het zo triestig dat er nog steeds kinderen zijn die opgroeien in onveilige thuissituaties’, vertellen ze.

Hinda Bluekens belandde als baby in een kindertehuis voor vier jaar, waarna ze terechtkwam in een warm pleeggezin. In de tweedelige docureeks ‘Start gemist’ vertelt Danira Boukhriss Terkessidis het verhaal van Hinda. Danira is ambassadeur van De Warmste Week en de docu kadert in dat thema: opgroeien zonder zorgen.

Ze bezoeken samen het kindertehuis, de pleegouders van Hinda en de toenmalige zuster-directrice. Hinda ontmoet ook enkele mensen waarmee ze dertig jaar geleden in het kindertehuis opgroeide. Zo ontdekt ze dat helaas niet iedereen goed terechtkwam. Sommigen vertellen dat het verblijf in het kindertehuis op zich al traumatisch was omdat ze slagen kregen of opgesloten werden. ‘Mijn biologische mama kon niet voor me zorgen’, vertelt Hinda. ‘Dus ik kwam van bij mijn geboorte in een kindertehuis terecht.’

© VRT

Herinner je je daar nog veel van, want je was piepjong?

Hinda: ‘Nee. De eerste drie jaar zat ik in een eerste tehuis en daar weet ik eerlijk gezegd niks meer van. Van het tweede tehuis herinner ik me wel nog dingen. Ik had een hele goede band met twee fantastische opvoedsters: Becky en Veerle, dat waren mijn moederfiguren. Maar langs de andere kant was er ook een directrice Lutgart waar we naartoe moesten als we stout waren. Ik was daar heel bang van, want je kreeg slagen op je blote poep. Je sliep ook met twee op een kamer, dat was niet zo gezellig. Ik kan me ondanks het feit dat ik nog maar vier jaar was toch herinneren dat ik dat geen toffe periode vond.’

Danira, kan jij je hier iets bij voorstellen?

Danira: ‘Ik groeide op in een heel warm nest en had een zorgeloze jeugd, waardoor ik in een soort van bubbel zit. Ik werd nu geconfronteerd met hoe weinig we als maatschappij eigenlijk over dergelijke situaties weten. Het lijkt wel een vergeten groep kinderen. Terwijl kinderen dé belangrijkste groep in onze samenleving zijn. We moeten ze dus ook zo behandelen en dat gebeurt helaas niet. Er zijn duizenden kinderen die in onveilige situaties zitten en een pleeggezin nodig hebben, maar er is gewoon geen plek. Dat breekt mijn hart!’

Ik groeide op in een heel warm nest en had een zorgeloze jeugd, waardoor ik in een soort van bubbel zit. Ik werd nu geconfronteerd met hoe weinig we als maatschappij eigenlijk over kindertehuizen weten.

Danira

Hoe kwamen jullie op het idee om dit samen te doen?

Hinda: ‘Ik kan niet autorijden, dus het was handig dat Danira mee was (lacht).’

Danira: ‘Ik was eigenlijk gewoon de chauffeur!’

Hinda: ‘Nee, grapje. Enerzijds moest ik mijn hart kunnen luchten bij iemand. Het was fijn om niet overal alleen naartoe te moeten, want we kregen vaak emotionele verhalen te horen. Anderzijds neemt Danira de rol van de kijker op zich die niet veel over deze situatie weet.’

Kenden jullie elkaar al op voorhand?

Danira: ‘We kwamen elkaar wel al eens tegen op events, maar onze gesprekken gingen niet verder dan de standaard: “Hallo, hoe is het?” Toen Hinda het programma voorstelde bij VRT viel dat net samen met De Warmste Week en het idee past perfect binnen dat thema. Ik ben ambassadeur voor De Warmste week dit jaar en ik maak graag maatschappelijke reportages, dus de link was snel gelegd.’

Hinda: ‘We gingen samen lunchen om te zien of het klikte tussen ons, want ik stel me toch enorm bloot, dus ik wilde me op mijn gemak voelen. Na de eerste koffie was het duidelijk dat het goed zat. Daarna zijn we vrij snel beginnen filmen.’

© VRT

Hinda, was het voor jou moeilijk om in je verleden te graven voor deze docu?

Hinda: ‘Ik vond het heel speciaal om iedereen terug te zien! Je maakte samen iets speciaal mee, dus dat zorgt automatisch voor een bepaalde connectie. Ik vond het pijnlijk om hun verhaal te horen omdat ze vaak veel minder geluk hadden dan mij. Dat maakte me heel emotioneel.’

Neem je je biologische ouders iets kwalijk?

Hinda: ‘Als tiener was ik soms kwaad op mijn mama. Gelukkig waren mijn pleegouders altijd heel respectvol naar haar toe. Ze wezen me er steeds op dat mijn mama wel voor mij wilde zorgden, maar ze kón het gewoonweg niet. Juist omdat ze me zo graag zag, nam ze de beslissing om me uit handen te geven. Dat was het beste wat ze kon doen in haar situatie. Zo leerde ik er ook op die manier naar kijken en hemelde ik haar op. Dat was mijn bruine mama en zij was heel belangrijk voor me, ook al zag ik haar niet vaak in m’n leven. Nu is die boosheid volledig verdwenen.’

Raakten die verhalen jou hard Danira, zeker omdat je nu zwanger bent?

Danira: ‘Het was bijzonder om dit programma over kinderen te filmen toen ik net drie maanden zwanger was en dus zelf leven creëerde. Ik mocht daar ook nog niks over zeggen. Ik weet nog dat ik bij Hinda thuis een volledige doos koeken opat tegen de misselijkheid.’

Hinda: ‘Ik vond het al vreemd dat je zó veel at (lacht).’

Danira: ‘Maar ik kon dat loskoppelen van elkaar. Die verhalen kwamen hard binnen, maar dat zou ook zo geweest zijn als ik niet zelf een kindje verwachtte. Ik had altijd al een groot hart voor kinderen. Maar in deze reportage gaat het ook helemaal niet over mijn gevoelens als reporter. Ik vind het gewoon zo triestig dat er nog steeds kinderen zijn die opgroeien in onveilige thuissituaties. Ik heb nu met m’n eigen ogen gezien dat opvoeders hun uiterste best doen om een warme thuis te creëren voor die kinderen in tehuizen. Maar ik denk dat je de opvoeding van een kind dat opgroeit tussen een tiental andere kinderen met twee begeleiders niet vergelijken met de zorg en aandacht die je als kind krijgt van je eigen biologische ouders in je eigen warm nest.’

Als tiener was ik soms kwaad op mijn mama. Gelukkig waren mijn pleegouders altijd heel respectvol naar haar toe. Ze wezen me er steeds op dat mijn mama wel voor mij wilde zorgden, maar ze kón het gewoonweg niet.

Hinda

Wat is het doel van de docu?

Hinda: ‘Ik hoop echt dat dit programma de politici wakkerschudt. We willen niet enkel een schrijnend verhaal tonen, maar echt wel een problematiek aankaarten dat nu aan de gang is en waar écht dringend iets aan gedaan moet worden op hoger niveau.’

Danira: ‘De oplossing moet op beleidsniveau komen, want het vergt mensen, faciliteiten, geld en heel wat middelen. Ik hoop dat doordat wij met deze docu de aandacht op het probleem vestigen dat de politiek eens uit hun ivoren toren stapt en met concrete maatregelen op de proppen komt.’

Heerst er nog steeds een taboe rond kindertehuizen?

Hinda: ‘Ja. Ik hoor vaak dat mensen denken dat er sowieso aan jou iets scheelt als je opgroeide in een kindertehuis. Ik ervoer dat nooit zelf, want ik was nog te jong. Maar ik hoorde wel dat anderen zeiden dat ze wél anders behandeld werden. Zo werden ze niet uitgenodigd op verjaardagsfeestjes of aanvaardden de schoonouders hen niet in hun huis. Terwijl het niet de fout is van het kind dat het opgroeide in een tehuis. Ze werden gewoon in het verkeerde gezin geboren waardoor ze opgezadeld werden met problemen die ze zelf niet creëerden. We hopen dat we naast het openen van de ogen van politici ook dit taboe kunnen doorbreken.’

Danira: ‘We publiceren vaak cijfers over kindertehuizen en pleegzorg in kranten, maar dat blijft een ver-van-mijn-bed­show. Daarom is het goed dat we vanuit Hinda’s verhaal starten, want dat maakt het heel concreet. In plaats van óver die mensen te praten, laten we ze nu zélf eens aan het woord. We geven ze een gezicht en een stem.’

© VRT

Zouden jullie zelf ooit overwegen om een pleeggezin te worden?

Hinda: ‘Ik heb al een kindje in m’n leven, want ik ben plusmama van het kindje van mijn vriend. Zelf heb ik niet echt een kinderwens, dus ik zie dat niet onmiddellijk gebeuren bij ons. Als kind zei ik altijd dat ik later een kindje wilde adopteren. Ik wou zelfs een kindertehuis opstarten, maar die droom heb ik opgeborgen.’

Danira: ‘Ik ben daar dankzij dit programma wel over beginnen nadenken. Ik sprak er met de pleegouders van Hinda over en zij hamerden er op dat dit echt een weloverwogen keuze moet zijn, want je moet er zowel mentaal als fysiek voldoende tijd en ruimte voor hebben. Ik maakte dezelfde afweging toen ik zelf aan kindjes wilde beginnen. Ik sluit het dus niet uit in de toekomst. Het is natuurlijk niet zomaar iets en ik denk dat het heel heftig afscheid nemen is als je een kindje opvangt dat nadien terug naar de ouders gaat. Maar ik denk dat je moet klaar zijn om je eigen noden niet voorop te zetten en altijd te denken in het belang van het kind. Als je een kind, al is het maar voor even, uit een crisissituatie kan redden en opvangen op een veilige plek, betekent dat al de wereld voor hem of haar.’

Als ik terugkijk op de periodes waarin ik het magerste was, dan zijn dat meestal de momenten waarop ik het ongelukkigste was.

Danira

Bij Flair staat self-love centraal. Hebben jullie veel zelfliefde?

Danira: ‘Mijn lichaam verandert enorm tijdens mijn zwangerschap. Ik weende gisteren nog omdat ik mijn taille niet meer vond (lacht). Maar tegelijkertijd ben ik supertrots op wat mijn lichaam allemaal kan! Ik merk ook sinds ik dertig werd, dat ik beter in mijn vel zit. Het is een cliché dat wijsheid met de jaren komt, maar het klopt als een bus. Ik maak me niet meer druk over onbenulligheden, ik trok lessen uit wat ik meemaakte, ik doe geen dingen meer die voor mij niet juist aanvoelen, ik stopte met people pleasing en trek me niet meer aan wat anderen van me denken. Daardoor ben ik nu op een punt dat ik tevreden ben met de persoon die ik ben.’

Hinda: ‘Ik begon mezelf liever te zien wanneer ik inzag dat ik dingen echt meer moet loslaten. Sommige dingen gaan niet zoals ik wil, ik moet me daar niet blijven druk in maken. Zo had ik niet de beste start in m’n jeugd en lijk ik niet op het gezin waarin ik opgroeide, maar ik moet verdergaan met m’n leven.’

Zijn jullie vatbaar voor stereotiepe ideaalbeelden of perfecte plaatjes?

Danira: ‘Ik verloor als tiener en twintiger zo veel tijd door te zagen en piekeren over mijn lichaam, wat boeit het? Ik ben gezond en ik voel me goed. En dat blijkt bij mij toch minder het geval als ik op m’n magerste ben. Als ik terugkijk op de periodes waarin ik het magerste was, dan zijn dat meestal de momenten waarop ik het ongelukkigste was. Ik ben geen emo-eter. Als ik me slecht voel , krijg ik net niks meer door m’n keel. Nu ben ik gelukkig en geniet ik van het leven. Ik wil niet meer bezig zijn met mijn buik die misschien niet volledig plat is of mijn billen die wat ronder zijn.’

Hinda: ‘Ik woog vroeger meer, maar ik lag daar nooit van wakker. Ik voelde me altijd mooi. Want wát is een ideaalbeeld? Het ene moment spiegelen we ons aan de Kardashians met hun dikke kont, terwijl we het andere moment kijken naar graatmagere modellen zoals Kate Moss. Komaan, alle vormen bestaan en iedereen is toch mooi op zijn eigen unieke manier?’

Het kwam onlangs nog in de media dat meer en meer tienermeisjes zich slecht in hun vel voelen door sociale media.

Danira: ‘Ik schrik daar niet van. Wij moesten vroeger al een magazine kopen om dat zogenaamde perfecte lijf te zien. Nu worden meisjes dagelijks geconfronteerd met honderden foto’s van die zogenaamde perfecte lichamen op hun gsm. Ik ben zó blij dat ik opgroeide zonder sociale media, want ik zou daar waarschijnlijk aan kapot gegaan zijn. De foto’s waarop je meer naakt ziet, krijgen ook de meeste likes. Dat is toch absurd? Ik merk dat ook. Als ik een foto in een zomerjurk online gooi, krijgt die een pak meer hartjes dan wanneer ik een prachtige natuurfoto van een boom toon (lacht).’

Tot slot: waarom moeten we zeker naar ‘Start gemist’ kijken?

Hinda: ‘Het is een thematiek die dringend onder de aandacht moet komen. Ik hoop dan ook dat de kijkers iets bijleren. Je zal sowieso versteld staan van hoe sterk die mensen een voor een zijn! Ze gingen door de hel, maar ze slaagden er wel in om uit die put te kruipen en iets van hun leven te maken. Dat is heel inspirerend en daar kunnen we kracht uit halen!’

‘Start gemist’ zie je dinsdag 19 en donderdag 21 december om 21.45 uur op VRT, en vanaf 19 december volledig op VRT MAX.

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '