'"Jij begrijpt me niet" en "Jij houdt geen rekening met mij" zijn twee persoonlijke favorieten om een rel te starten.
COLUMN: ‘Ook mijn lief en ik maken ruzie, en daarna gaan we van staakt-het-vuren naar start-het-schuren’
Catherine houdt van haar lief, hotelbedden en ketchup. Tot de dag dat zelfspot een olympische discipline wordt, deelt ze hier elke week haar avonturen.
Bij de oude Grieken en Romeinen gold de ars retorica als het hoogste goed. De redenaar die een dispuut won dankzij heldere argumenten en trefzekere eloquentie, was de held van de dag, en de antieke wereld was zijn oester. Slimme sofisten hadden dat algauw door en zetten de betekenis naar hun hand. In ruil voor een paar drachmen leerden ze je drogredeneren tot het je duizelde. De kunst van het overtuigen werd de kunst van het gelijk krijgen. Met enige zekerheid durf ik te stellen dat die vaardigheid vandaag nog steeds verder leeft in zowat elk Vlaams huishouden, inclusief het mijne.
Net als ieder gezond koppel maken mijn lief en ik ruzie. Ruzies waaraan Cicero nog een puntje kan zuigen! Net als een klassieke redevoering kent de moderne variant vijf fases, waarin beide partijen hun slag thuis proberen te halen. De eerste heeft de tand des tijds doorstaan. Tijdens de inventio of (uit)vinding gaan we op zoek naar al dan niet verzonnen redenen voor de rel. Dat kan gaan van alledaags gezaag over het huishouden tot allesomvattende aanklachten over de staat van de relatie. ‘Jij begrijpt me niet’ en ‘Jij houdt geen rekening met mij’ zijn twee persoonlijke favorieten.
In werkelijkheid zijn er geen winnaars in dit spel en weten we op dit punt amper nog waarover de ruzie ook alweer ging.
Fase 2 noem ik de uitbreiding. Terwijl de initiële aanval één aspect van het leven behapt, wordt nu ook de rest erbij gesleurd. ‘Ik stofzuig nooit? Ja, maar jij geeft de planten nooit water! En weet je nog toen we te laat kwamen bij míjn ma omdat jíj zo nodig de was moest ophangen?!’ Dat brengt ons naadloos bij fase 3, iets met oude koeien waarvoor ik nog een naam moet verzinnen. Terwijl de fiscus slechts drie jaar terug mag gaan, deinzen wij er niet voor terug om bezwarend materiaal van vier jaar en langer geleden in de strijd te gooien. Zelfs gebeurtenissen die voorafgingen aan de relatie passeren de revue, vooral als ze iets met een of andere ex te maken hebben.
Tijdens fase 4 kickt de vermoeidheid in, maar niet voor een allerlaatste uitbarsting van emoties. Roepen, blèten, weglopen en dramatisch terugkeren – in willekeurige volgorde. In de laatste fase, ten slotte, haalt een van ons eindelijk zijn gelijk. Victorie! Of dat denken we tenminste... In werkelijkheid zijn er geen winnaars in dit spel en weten we op dit punt amper nog waarover de ruzie ook alweer ging. Er worden halfslachtige sorry’s uitgewisseld en goedbedoelde beloftes gemaakt. We schudden elkaar de hand en beloven nooit meer ambras te zullen maken. Bij wijze van witte vlag gaan de kleren uit en de gordijnen dicht. Van staakt-het-vuren naar start-het-schuren. Benieuwd of de Grieken het retorische belang van make-up sex al kenden.
Deze column verscheen in Flair op 14 augustus 2018.
Meer columns van Catherine:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier