Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...
© Catherine Kosters

'In mijn voorlaatste column van 2016 wil ik graag een probleem aankaarten dat mij na aan het hart ligt: vliegtuigetiquette. Op een hoogte van 30.000 voet wordt onuitstaanbaar gedrag namelijk nog onuitstaanbaarder.'

COLUMN: ‘Haar onvriendelijkheid deed me bijna nostalgisch terugblikken 
op het IJzeren Gordijn’

Catherine Kosters
Catherine houdt van haar lief, hotelbedden en ketchup. Tot de dag dat zelfspot een olympische discipline wordt, deelt ze hier elke week haar avonturen.

In mijn voorlaatste column van 2016 wil ik graag een probleem aankaarten dat mij na aan het hart ligt: vliegtuigetiquette. Op een hoogte van 30.000 voet wordt onuitstaanbaar gedrag namelijk nog onuitstaanbaarder. Bewijs: mijn laatste langeafstandsvlucht, die ik gesandwicht tussen een dikke Rus en een kwade Hollander doorbracht. Daarover later meer. Eerst geef ik graag wat meer context aan de trip in kwestie. Ik vloog van Malé naar Moskou met een Russische maatschappij die ik voor de gelegenheid Aeroflop zal noemen. De vegetarische maaltijd kan ik alleen maar als stalinistisch omschrijven – of wat is het woord voor een bak droge gerstekorrels en een pakje mosterd? Klagen over het voedsel had geen zin, want de stewardessen spraken geen woord Engels. Op zich geen probleem, ware het niet dat ze hun eentaligheid aanvulden met een onvriendelijkheid die je bijna nostalgisch zou doen terugblikken op het IJzeren Gordijn. Soit. Nu over mijn buren... Mocht ik een lijstje maken van vervelendste medereizigers, dan zou dat er zo uitzien:

 

1. Mensen die ongewenst lichamelijk contact met je maken op het vliegtuig.
2. Mensen die gewenst lichamelijk contact met elkaar maken op het vliegtuig.
3. Mensen die stretchoefeningen doen in het gangpad.
4. Mensen die denken dat het vliegtuig van hen is.

Ik weet dat kleine kinderen wenen en dat niemand daar iets aan kan doen. Dat neemt echter niet weg dat ik voorstel om achter aan elk vliegtuig een ballenbad met geluidsdichte wanden te installeren, waar we de jonge gezinnen kunnen groeperen.

Puntjes 1, 2 en 4 illustreer ik graag met een voorbeeld. 1. De voornoemde lijvige man op de stoel voor mij. Pas op: ik heb niets tegen corpulente medepassagiers. Ik heb wél iets tegen medepassagiers die om het halfuur – de vlucht duurde negen uur, tel maar uit – rechtstaan om gerief uit het bagagerek boven mijn hoofd te nemen en daarbij met half ontblote pens de helft van mijn videoscherm verduisteren. Eén keer raakte de buik in kwestie zelfs mijn wang. Eeew. 2. Het muilende koppel aan de toiletten. Al is lid worden van de Mile High Club op een overvolle lijnvlucht nog zo lastig, dat is nog geen reden om elkaar zichtbaar te betasten bij schel cabinelicht. 4. De Nederlander achter mij, die toen ik rustig mijn rugleuning verzette, riep: ‘Kan je wel effe opletten voor m’n heuwle tablet naar beneden flikkert?’

 

Mensen met huilende baby’s vermeld ik hier bewust niet. Ik weet namelijk dat kleine kinderen nu eenmaal wenen en dat niemand daar iets aan kan doen. Dat neemt echter niet weg dat ik voorstel om achter aan elk vliegtuig een ballenbad met geluidsdichte wanden te installeren, waar we de jonge gezinnen kunnen groeperen. Desnoods in het laadruim. Zo kan ik in 2017 misschien eens van mijn vlucht genieten. En van mijn gerstekorrels met mosterd.

 

 

 

Deze column verscheen in Flair op 20 december.

 

 

Vorige columns van Catherine:

 

Lees alle columns van Catherine op flair.be/columncatherine.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '