'Dit jaar worden mijn vriendinnen en ik 30. Geen betere manier om die mijlpaal te vieren dan met een uiterst volwassen trip naar Disneyland.'
COLUMN: ‘Kon je met vriendschap betalen, dan was ik rijk’
Catherine houdt van haar lief, hotelbedden en ketchup. Tot de dag dat zelfspot een olympische discipline wordt, deelt ze hier elke week haar avonturen.
‘Jij hebt te veel vrienden’, zegt mijn lief weleens. Wanneer we worden uitgenodigd door mensen van wie hij na 3,5 jaar samen zijn nog nooit heeft gehoord, bijvoorbeeld. Kon je met vriendschap betalen, dan was ik rijk. Ik heb hartsvriendinnen en casual vriendinnen, vriendinnen die vrienden zijn en omgekeerd. Gekke vriendinnen, brave vriendinnen, belezen en beschonken vriendinnen. Getrouwde vriendinnen, single vriendinnen en vriendinnen die niet van hokjes houden.
Ik heb vriendinnen die ik twee weekends geleden in de rij voor de toiletten maakte en vriendinnen die ik al sinds de kleuterklas ken. Met die laatste groep vriendinnen deel ik behalve mijn jeugd ook mijn geboortejaar. 1988, een schrikkeljaar waarin het IJzeren Gordijn begon te vallen en ‘Die Hard’ uitkwam. Wie goed kan rekenen, weet dat we dit jaar 30 worden. Geen betere manier om die mijlpaal te vieren dan met een uiterst volwassen trip naar Disneyland.
Mijn oma’s zijn er niet meer. Ze woonden ooit in hetzelfde flatgebouw en eindigden in hetzelfde rusthuis. Samen met een derde dametje vormden ze de Drie Musketiers.
We kennen elkaar al sinds ons vijfde en stellen in de auto luidop de vraag of we op ons 85ste nog bevriend zullen zijn. ‘Als we dat halen, gaan we samen naar Disney World!’ lacht E. ‘Mijn bomma gaat nog steeds in achtbanen, dus het kan’, vult C. aan. ‘Ich bin fünfundachtzig, vertelde ze in Europa-Park trots aan iedereen die het horen wilde.’ Mijn eigen oma’s zijn er niet meer. Ze woonden ooit in hetzelfde flatgebouw en eindigden in hetzelfde rusthuis. Samen met een derde dametje vormden ze de Drie Musketiers, berucht in de cafetaria en ver daarbuiten.
Mijn Nederlandse oma wist iedereen te vinden. Haar oorverdovende stem donderde al bij het binnenkomen naar je toe, gevolgd door een luide lach die zo aanstekelijk was dat je al grijnzend haar richting uit zweefde. Mijn Belgische oma kreeg van haar eigen zussen de bijnaam ‘de Generaal’. Ze had immer de touwtjes in handen. Op aanvraag sprak ze over de oorlog, haar kindertijd in Kastel en de mannen in haar leven. Jos de jager, haar tweede liefde, en Karel de toverdokter, mijn grootvader, die helderziende was. Hoe hij al pendelend de politie hielp om een schat te vinden en altijd wist wat mijn mama als klein meisje had uitgespookt.
Ondertussen bereik ik de leeftijd waarop mijn moeder zwanger werd van mij en trouwde, in die volgorde. Nu is mijn familie uitgedund. De ene oma overleefde twee echtgenoten, de andere haar man en haar oudste zoon, mijn vader. Uiteindelijk overleden de musketiers in hetzelfde jaar. Al wat van hen overblijft, zijn herinneringen en verhalen die ik vertel tegen vriendinnen op de snelweg naar Parijs.
Deze column verscheen in Flair op 3 juli 2018.
Meer columns van Catherine:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier