'Ik wilde weer op eigen benen leren staan en moest afstand nemen van het leven dat Kobe en ik hadden opgebouwd.'
‘Thuis herinnerde alles me aan wat ooit was geweest. In Spanje vertrouwde ik mijn rouw toe aan de zon.’
Laura (29) moest afscheid nemen van haar beste vriend en geliefde Kobe. Hier lees je hoe ze vol liefde, verdriet en hoop haar weg zoekt in een nieuw leven en via ivf alsnog een kindje met Kobe krijgt.
Net na Kobes overlijden wandelde ik elke ochtend onze tuin in. Vlak na ons afscheid was het soms de enige activiteit waartoe ik me kon zetten. Elke ochtend opende ik ons keukenraam, wandelde ons terras op en ademde met gesloten ogen de koude buitenlucht in. Het was hartje winter. De terrasmeubels stonden verweesd in een hoek gestapeld en onze mimosa, die de lente voordien nog in bloei had gestaan, had de wintervorst niet overleefd. Het voelde als een enorme opgave om me elke ochtend opnieuw uit bed te slepen. Al bleef ik zoeken naar lichtpunten. Zo schenen er af en toe fragiele zonnestralen door de takken van onze fluweelboom, kietelden de dauwdruppels op het gras mijn voetzolen en moest ik al snel lachen om de katten die zich onhandig een weg door de verwilderde tuin baanden.
Nu ik terugdenk aan die reis, werd het mijn redding. Ik moest vluchten om weer helder te zien.
Mijn mooiste herinnering aan die koude wintermaanden zijn de twee koolmeesjes die op onze hazelaar heen en weer trippelden en me heel de winter gezelschap hielden. Maandenlang observeerde ik ze vanuit mijn keukenraam. Ik las over hun broed- en trekgewoontes en leerde dat de vogeltjes vaak afkomstig zijn uit Scandinavië en Oost-Europa. Daar ontvluchten ze de strenge winter door te trekken naar landen met een zachter klimaat. In het voorjaar vliegen ze terug naar hun broedgebieden. Ik verbaasde me over de ongelooflijke afstanden die de zangvogeltjes van amper tien gram kunnen overbruggen en bewonderde ze voor hun overlevingsinstinct. Duizenden kilometers legden ze soms af om te overleven. Terwijl ik ze elke ochtend groette, hun voederbakjes vulde en toekeek hoe ze gretig granen pikten, groeide bij mij haast onopgemerkt het idee dat ook ik me, net als hen, moest voorbereiden op een reis in zuidelijke richting om te overleven. Misschien moest ook ik de winter in het land en in mijn hoofd ontvluchten en pas huiswaarts keren nadat de zon me ontdooid had. En zo boekte ik een enkel ticket naar Spanje.
Twee weken later reisde ik met de trein naar Barcelona. Ik dwaalde er door de straten en koesterde het gevoel om na lange tijd weer Spaans te spreken. Nu ik terugdenk aan die reis, werd het mijn redding. Ik moest vluchten om weer helder te zien. Thuis herinnerde elk voorwerp in huis en elk gesprek met vrienden me aan wat ooit was geweest. Het verdriet maakte me tot iemand die ik niet graag was. In Spanje vertrouwde ik mijn rouw toe aan de zon. Ik wilde weer op eigen benen leren staan en moest afstand nemen van het leven dat Kobe en ik hadden opgebouwd. Na een paar weken reizen begon de heimwee toe te slaan. Ik wilde terug naar het leven dat ik op pauze had gezet, ik miste het huis dat Kobe en ik samen tot een thuis hadden gemaakt en de vrienden die mijn levenspad kruisten. En misschien vormt net dat wel de magie van reizen. Reizen, dat is uiteindelijk ook weer thuiskomen bij dat wat je voor lief was gaan nemen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier