Nele heeft het over de dienende maar voor haar onmisbare rol die haar lief speelt tijdens haar zwangerschap.
COLUMN: ‘Mijn lief doet bijna alles voor me, behalve mijn brokkelige tepels insmeren voor het slapengaan’
Nele is twee jaar geleden mama geworden en doet het daarom of desondanks nóg eens allemaal opnieuw! Hier vertelt ze alles wat je wil weten over dat moederschap: lichaamssappige verhalen van onvoorwaardelijke liefde, van snot tot natte prot.
Over onmisbaarheid
Toen mijn lief en ik beslisten dat we nog een kindje wilden, voelde mijn lief zich erg nodig. Onmisbaar zelfs. Eindelijk kon hij de grootste taak die een man volgens de natuur op deze aarde heeft nog eens vervullen: zijn vrouw van een kwak sperma voorzien. Je voortplanten zou dan ook het hoogste goed zijn. Zelf weten we al langer dat er elders ook goeds zit en dat het takenpakket van een man tegenwoordig verder reikt dan een goed gemikte zaadlozing. Na de vorige keer hebben we zelfs geleerd dat die man overbodig wordt zodra de conceptie een feit is. De natuur is genadeloos hard, wat dat betreft. En ik waarschijnlijk ook.
Sinds ik zwanger ben, speelt mijn lief daarom vooral een dienende rol. Zo was en is het aangeven van voedsel nog steeds zijn voornaamste taak. Het begon met crackers. Ik had last van ochtendmisselijkheid en het was zijn verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat die crackers altijd en overal binnen handbereik stonden. Wekenlang leek ons bed op een lege broodzak, omdat het bezaaid was met kruimels van crackers. Kruimels die zich in de diepste plooien en meest afgelegen plaatsen van ons beddengoed en ons eigen lichaam nestelden. Toen de hormonen me niet meer misselijk maakten, zorgde ik er zelf wel voor dat ik zoveel door elkaar at dat ik er mottig van werd. En om in die noden te voorzien moest hij eerst inkopen gaan doen.
De vorige keer hebben we geleerd dat de man overbodig wordt zodra de conceptie een feit is. De natuur is genadeloos hard, wat dat betreft. En ik waarschijnlijk ook.
Vandaag zorgt hij ervoor dat er in elke ruimte van het huis een fles Gaviscon of enkele Rennies liggen, om het brandend maagzuur tegen te gaan. Hij bindt mijn schoenveters, takelt me in en uit bed, de zetel of de auto en houdt midden in de nacht mijn been of teen gestrekt wanneer ik een spierkramp krijg in desbetreffende lichaamsdelen. Hij doet veel voor me, zo niet alles. Ik krijg hem alleen niet zo ver dat mijn brokkelige tepels voor het slapengaan wil insmeren met lanoline. Maar dat vergeef ik hem. Zeker omdat hij denkt dat de kruimeltjes die nu ter hoogte van mijn borsten in bed liggen nog steeds van crackers afkomstig zijn. Want dat zijn ze niet.
Mijn lief heeft dus een beperkt aandeel in deze zwangerschap. Want hij kan dat kind niet dragen in mijn plaats. Hij kan het niet op de wereld zetten in mijn plaats. Door de coronamaatregelen en andere omstandigheden kon hij zelfs maar één keer meekomen naar een controle bij de gynaecoloog. En dat kon dan ook niet eens in mijn plaats. Dus ik doe alsnog veel in mijn eentje. De ervaring heeft me intussen geleerd dat ik misschien wel zonder hem kan, maar ik wil het niet. Dat maakt hem wat mij betreft alsnog onmisbaar.
Meer columns van Nele:
- ‘Ik wist dat ik niet alleen moeder, maar ook een dier geworden was’
- ‘De eerste ontmoeting met mijn tweede kindje wordt een soort van blind date’
- ‘Er zijn nog geen geboortekaartjes, traktaties en meters of peters’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier