‘Ik leerde de laatste jaren dat rouw niet altijd vermomd gaat als dat grote verdriet dat je in tranen doet uitbarsten.’
‘Voor het eerst sinds lange tijd tel ik wel weer af naar het feestseizoen’
Vorige zomer startte onze columniste Laura (30) met een hormoonbehandeling om een kindje te kunnen krijgen van haar overleden man Kobe. Eerder dit jaar kondigde ze haar zwangerschap aan en op 20 juli 2023 kon ze hun prachtige dochter Aster in de armen sluiten. Ze neemt ons mee tijdens haar eerste momenten als kersverse mama.
Wie zich zelf al aan de kunst van het bakken waagde, weet vast dat het bereiden van bladerdeeg enige kennis vereist. Zo moet je de boter in dunne plakjes rollen om vervolgens de vetstof voorzichtig onder de massa te vouwen. Laatst las ik hoe iemand rouw vergeleek met bladerdeeg. Rouw en verdriet vormen, net als de gekoelde boter in een recept, een stevige klomp die na een afscheid zwaar weegt. Na een tijd wordt de boter in het deeg verwerkt tot ze niet meer zichtbaar is. Zo is het ook met rouw, meent de bedenker van de metafoor. Hoewel de exacte hoeveelheid verdriet onveranderd is, leert wie rouwt het verdriet in zijn, haar of hun leven te verweven. Het is nog steeds aanwezig, alleen is het niet langer een massieve klomp.
Nu de donkerste en tegelijk gezelligste tijd van het jaar aanbreekt, grijp ik terug naar bovenstaande metafoor. De feestdagen zijn voor heel wat mensen geen evidente tijd. Verdriet borrelt op en kookt over. Vroeger telde ook ik ongeduldig af tot kerst, maar de laatste edities stond de verlichte huiskamer in schril contrast met de winterstorm die mijn gedachten kaapte. Ik haalde mijn kerstboom vroegtijdig van zolder louter uit hoop het gemis te verjagen en begreep plots dat de collectieve vrolijkheid waaraan we allemaal geacht worden deel te nemen, lang niet voor iedereen vanzelfsprekend is. Al voelt het dit jaar anders.
Ik kijk uit naar Asters verwonderde blik wanneer ik de kerstlichtjes aanknip en haar gekir als ze haar allereerste pakje opent.
Voor het eerst sinds lange tijd tel ik wel weer af naar het feestseizoen. Ik kijk uit naar Asters verwonderde blik wanneer ik de kerstlichtjes aanknip en stel me haar gekir voor wanneer ze haar allereerste pakje met mijn hulp opent. De klomp rouw die vorig jaar nog een groot deel van mijn hoofdruimte innam, werd behapbaarder. Al betekent dat niet dat het gemis verdween. Net dat besef zette me aan om dit jaar meer tijd door te brengen in de keuken van ons atelier. Ik leerde de laatste jaren dat rouw niet altijd vermomd gaat als dat grote verdriet dat je in tranen doet uitbarsten maar dat het ook een stille bondgenoot kan zijn die best een plekje verdient aan de feesttafel en niet verdrongen hoeft te worden.
Ook dit jaar wil ik er ruimte voor maken. Terwijl ik met mijn handen deeg kneed en koekjes op bakplaten aandruk, haal ik in gedachten herinneringen op aan Kobe. Ik rol het verdriet uit als dun speculoos op mijn bebloemde aanrecht en zet mijn gemis om in geglazuurde citroencakes en kruidige peperkoeken huisjes. Het repetitieve bakwerk heeft een meditatief effect en het kneden van het deeg brengt troost. Wanneer ik een laatste lading koekjes uit de oven haal, bedampen mijn brilglazen. En voel ik me weer wat lichter
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier