Gen F

Join onze community en krijg extra toegang tot artikelen, deel jouw verhaal & ...

'Het lukte me niet om de aandacht te verdelen, omdat er een kindje was dat meer noden had dan het andere.'

‘Ik ben altijd bang geweest om met de twee kinderen alleen te zijn, om op mijn eentje voor hen te zorgen’

Columniste Nele is moeder van een peuter en een kleuter. Hier vertelt ze alles wat je wil weten over dat moederschap: lichaamssappige verhalen van onvoorwaardelijke liefde, van snot tot natte prot.

‘Een springkasteel!’ roepen mijn dochters van op de achterbank van de auto, de ene al met een groter spraakgebrek dan de andere. We rijden door de drive-in van een fastfoodrestaurant en voor ik onze bestelling doorgeef, rol ik met mijn ogen. Ik heb geen zin om kinderen uit en weer in de auto te hijsen, vier schoenen uit te trekken en vervolgens twaalf keer te roepen dat ze niet op elkaar mogen springen, terwijl ik in de regen sta te wachten tot ze dat dertien keer wel doen.

‘Aaah ja, dat springkasteel is niet voor ons, maar voor andere kindjes’, lieg ik. Terwijl de ene roept dat ze ‘mayomaise’ wil en de andere ‘kepchup’, probeer ik mij verstaanbaar te maken tegen een krakende praatpaal. ‘Cola zero!’ roep ik nog, om te compenseren dat ik straks een eigen menu en het overschot van dat van mijn kinderen zal opeten. Wanneer ik wat later eindelijk geparkeerd sta op een plekje zonder zicht op dat springkasteel en mijn kinderen eindelijk zwijgen omdat ze te veel frieten in hun mond hebben, voel ik me eventjes geslaagd als moeder. Triomf! Ik kan het!

Sinds onze kleuter de diagnose ASS heeft gekregen, is er bij mij dan ook een lichtje gaan branden, waardoor ik eindelijk kan zien dat de moeilijkheden die ik ervaar als moeder niet geheel aan mij liggen, maar aan de situatie. Zo ben ik altijd bang geweest om met de twee kinderen alleen te zijn, om op mijn eentje voor hen te zorgen. Ik wist simpelweg niet hoe me dat zou lukken, omdat ze beiden aandacht nodig hebben en het me niet lukte om die aandacht te verdelen omdat er een kindje was dat meer noden had dan het andere.

Als mijn kinderen eindelijk zwijgen omdat ze te veel frieten in hun mond hebben, voel ik me eventjes geslaagd als moeder. Triomf! Ik kan het!

Altijd was het gedoe, altijd had ik het gevoel dat ik faalde, altijd dacht ik dat het aan mij lag. Het is een verademing om dat niet meer te doen. Ik wil of probeer daarom ook niet meer mijzelf te veranderen, maar wel de situatie. Moet ik voor mezelf en de twee kinderen koken? Dan weet ik op voorhand dat me dat niet gaat lukken, vanwege die verschillende noden en het feit dat ik multitasken haat. Daarom doe ik het op mijn manier en zet ik ons dus op de parking van een drive-infastfoodrestaurant om mezelf en die kinderen frieten en hamburgers te voederen. In de auto.

Ik had natuurlijk ook dat restaurant binnen kunnen gaan met hen, er is een ballenbad en ander leuks voor de kinderen om in en mee te spelen. Maar dat is meteen ook de reden waarom ik niet naar binnen ga met hen: ik kan mijn kinderen niet onder controle houden op meer dan vijf vierkante meter en ik heb geen zin om hen van top tot teen te moeten ontsmetten nadat ze eindelijk uit het bacillenbad zijn gekropen dat dat ballenbad eigenlijk is.

Daarom laat ik hen in hun autostoel zitten met de autogordel strak vastgegespt, dat beperkt de bewegingsvrijheid en daarbij ook de kans op drama. De oudste had naderhand een indigestie, de jongste was geconstipeerd en drie dagen later hangt er nog steeds ‘mayomaise’ tegen het raam en ‘kepchup’ op de hoofdsteun van de passagiersstoel. Maar het was beter dan eender welke andere optie die me het gevoel gaf dat ik faalde. Want ik faal niet. Ik pas me aan. Ik kan het, op mijn manier.

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

' ' '