'Zonder donor hadden we onze kinderwens nooit kunnen vervullen. Dat geluk gunnen we andere koppels ook.'
Kimberly (24) en Anaïs (27) kregen donorzaad én doneerden hun eicellen
Zou jij eicel- of spermadonatie overwegen als je weet dat 1 op de 6 koppels met vruchtbaarheidsproblemen kampt? Toen Kimberly (24) en Anaïs (27) beroep moesten doen op een spermadonor, besloten ze om zelf bouwsteentjes te doneren. Anaïs doneerde al driemaal, bij Kimberly staat de teller op vijf keer.
Kimberly (24) en Anaïs (27) zijn drie jaar getrouwd en zijn de trotse mama’s van Maité, die bijna 2 is. Hun kinderwens werd vervuld dankzij een anonieme spermadonor waarvan ze donorzaad kregen en het duo was zo dankbaar dat ze zich ook aanmeldden voor eiceldonatie.
Wanneer begon jullie kinderwens te spelen?
Kimberly: ‘Tijdens de zomer van 2012 ontmoette ik Anaïs op de Lokerse Feesten. Ik was toen achttien, was vrijgezel en dacht nog niet aan kinderen, maar Anaïs bewoog iets in mij. Het klikte vanaf onze eerste ontmoeting: we namen meteen samen selfies en wisselden gegevens uit. Niet veel later waren we een koppel.’
Anaïs: ‘Met de tijd werd onze liefde alleen maar sterker. We waren zeker van elkaar en op 28 augustus 2015 stapten we in het huwelijksbootje. Vóór ons huwelijk dachten Kimberly en ik al aan kinderen, maar als lesbisch koppel heb je hulp van buitenaf nodig om die kinderwens te vervullen. Bovendien was Kimberly destijds nog zo jong dat we hebben gewacht tot de dag dat ze eenentwintig werd om de procedure te starten.’
Jullie moesten op zoek naar een spermadonor. Hoe verliep die zoektocht?
Kimberly: ‘Gekende donatie was geen optie. Persoonlijk vind ik dat daar te veel risico’s aan verbonden zijn, maar we kenden ook niemand aan wie we het konden vragen. Omdat we voor anonieme donatie kozen, konden we uitsluitend in een fertiliteitskliniek terecht.’
Anais: ‘Omdat ik ouder ben dan Kimberly, besloten we dat ik ons eerste kindje zou dragen en dat hij of zij de achternaam van Kimberly kreeg. Nadat we ons hadden aangemeld in het UZ Gent, volgden een intakegesprek en een resem aan gesprekken met een psycholoog en fertiliteitsarts. Na enkele maanden kregen we van de ethische commissie groen licht en werd er voor ons een donor gezocht.’
Kimberly: ‘We mochten een aantal fysieke kenmerken opgeven opdat de donor zo veel mogelijk op ons zou lijken. Zodra we bericht kregen dat het UZ Gent een Scandinavische donor voor ons had gevonden, konden we starten.’
Wat houdt zo’n behandeling concreet in?
Anaïs: ‘Voor ik kon beginnen met kunstmatige inseminatie, wilde de fertiliteitsarts weten hoelang mijn cyclus duurt. De natuur moest eerst zijn gang gaan, maar ik heb PCOS (polycystisch-overiumsyndroom), waardoor ik niet maandelijks een eisprong heb. Mijn cyclus duurt langer dan die van de gemiddelde vrouw, dus het was even zoeken. Ovulatietesten werken bij mij niet, waardoor we elke twee dagen naar het ziekenhuis moesten voor een bloedafname en echo.’
Kimberly: ‘Het was het begin van een spannend traject, want het lukte niet vanaf de eerste keer. Pas negen maanden en vijf pogingen later waren we eindelijk zwanger.’
In de wachtruimte van het ziekenhuis beseften we pas hoeveel mensen niet spontaan zwanger raken.
Toen viel er ongetwijfeld een last van jullie schouders. Hoe beleefden jullie de zwangerschap?
Anaïs: ‘We waren enorm blij. Dat is nog een understatement, al waren de eerste vier maanden een hel. Ik had veel last van zwangerschapsmisselijkheid, met als gevolg dat ik bijna dag en nacht overgaf.’
Kimberly: ‘Maar dat vergat je meteen zodra je ons dochtertje in je armen had (lacht). Op 21 oktober 2016, twee weken vroeger dan verwacht, werden wij de trotse mama’s van Maité. Ik heb haar dan wel niet gedragen, toch voelde ik me al mama zodra Anaïs zwanger was, en dat gevoel is alleen versterkt sinds Maité er is. Ik ben ook trots dat ze mijn achternaam draagt.’
Anaïs: ‘Ze hangt zelfs meer aan jou dan aan mij (knipoogt).’
Het gezegde ‘geven en nemen’ is van toepassing op jullie, want jullie besloten om eicellen te doneren. Vertel!
Anaïs: ‘Toen we vernamen dat er voor ons een spermadonor was gevonden, overwogen we om niet alleen te ontvangen, maar ook te geven. We waren zo dankbaar voor die kans, want zonder donor hadden we onze kinderwens nooit kunnen vervullen. Dat geluk gunden we andere koppels ook.’
Kimberly: ‘Telkens wanneer we in de wachtruimte van het ziekenhuis zaten, beseften we hoeveel mensen niet spontaan zwanger raken. We zagen vrouwen en mannen die huilend of totaal overstuur uit de spreekkamer van de professor kwamen. Bij ons heeft het negen maanden geduurd voordat het lukte, maar sommigen zijn jaren bezig voor ze hun kind in de armen kunnen sluiten.’
Anaïs: ‘En dat komt omdat er zo’n groot tekort is aan eicel- en spermadonoren. Waarom dan geen handje helpen?’
Kimberly: ‘Nog voor we zwanger waren, stelde ik me kandidaat als eiceldonor. Na een grondige medische en psychologische screening werd ik goedgekeurd en startte ik met hormonale injecties om mijn eicellen te stimuleren. Tijdens Anaïs’ zwangerschap heb ik voor de eerste keer mijn bouwsteentjes gedoneerd. Onlangs deed ik het voor de vijfde keer in iets minder dan twee jaar tijd.’
Anaïs: ‘Bij mij staat de teller op drie keer. Tijdens mijn eerste eicelpick-up werden maar liefst dertig eitjes geplukt. Daarvan werden elf embryo’s gemaakt, dus die mensen kunnen wel even verder (lacht). In totaliteit kunnen we elk zes koppels gelukkig maken.’
Sommigen mensen doen alsof we ons kind weggeven, maar het zijn bouwsteentjes, niet meer of minder dan dat.
Eiceldonatie is niet niets, maar bij jullie lijkt het bijna een vanzelfsprekende keuze.
Kimberly: ‘Het verschil tussen man en vrouw om te doneren is gigantisch. Bij een mannelijke donor is de klus in tien minuten geklaard, terwijl het bij vrouwen al snel een maand in beslag neemt. Bovendien is zo’n eicelpunctie – zeker onder plaatselijke verdoving – allesbehalve aangenaam. Je moet het echt willen doen, anders begin je er niet aan.’
Anaïs: ‘Er komt wel een en ander bij kijken. Het is een maand op de tanden bijten. Soms moet je in het midden van de nacht je wekker zetten om jezelf te injecteren, maar dat hebben we ervoor over, wetende dat we andere mensen gelukkig maken.’
Hoe reageerde jullie omgeving op jullie beslissing om te doneren?
Anaïs: ‘Iedereen heeft een mening over donatie. Het is en blijft een gevoelig onderwerp. We krijgen vooral positieve reacties, al zijn er ook mensen die niet begrijpen waarom we dit doen, waarom we ons DNA of zelfs ons kind afstaan. Maar zo denken we daar helemaal niet over. Het zijn bouwsteentjes, niet meer of minder dan dat.’
Kimberly: ‘De mama van Anaïs en mijn tante zeiden onlangs dat ze zelf zouden doneren mochten ze nog jonger dan vijfendertig zijn (lacht). We worden in dit verhaal vooral gesteund. Zelfs mijn werkgever doet niet moeilijk, terwijl je voor eiceldonatie gedurende een maand regelmatig naar het ziekenhuis moet. Al probeer ik die bezoeken zo vaak mogelijk tijdens mijn vakantie te plannen.’
We weten niet hoeveel kinderen er zijn met ons DNA, maar dat doet er ook niet toe. We wilden gewoon helpen.
Worden jullie op de hoogte gehouden over het aantal succesvolle zwangerschappen met jullie eicellen?
Kimberly: ‘We weten niet hoeveel kinderen er rondlopen met ons genetisch materiaal, maar dat doet er niet toe. We doen dit om anderen te helpen. Meer kunnen we niet doen. Als de eicelpick-up eenmaal achter de rug is, moet de natuur haar werk doen.’
Anaïs: ‘Als donor moet je kunnen loslaten. Het lijkt me niet gezond om daar constant over na te denken. Bovendien hebben we daarvoor geen tijd, want Maité gaat met alle aandacht lopen (lacht).’
Dromen jullie intussen van een tweede kindje?
Kimberly: ‘Een broertje of zusje voor Maité is meer dan welkom, al is het voor ons belangrijk dat ze dezelfde donorvader hebben. Het was de bedoeling dat ik ons tweede kindje zou dragen, maar dan wel met het biologisch materiaal van Anaïs, al is dat plan veranderd. Het feit dat Anaïs zo ziek was tijdens de zwangerschap, heeft me wat afgeschrikt.’
Anaïs: ‘Ik bereid me voor op een volgende zwangerschap, maar of er een broertje of zusje komt, is nog maar de vraag, want we hebben nog maar drie spermarietjes over. Kimberly en ik hebben in het ziekenhuis geïnformeerd of er nog zaad van onze donor beschikbaar is, maar dat is niet het geval. We kunnen kiezen voor een andere spermadonor, maar we hebben schrik dat we daar spijt van krijgen. Maité is zo perfect en we willen onze kinderen in geen geval met elkaar vergelijken. Als het niet lukt met de drie rietjes die nog in de diepvriezer steken, blijft het alleen bij Maité.’
Op een dag zal Maité zich vragen beginnen te stellen. Liggen jullie daarvan wakker?
Kimberly: ‘Het is geen geheim dat we dankzij een spermadonor zwanger werden en dat we eicellen hebben gedoneerd. Ook Maité zal die waarheid kennen. Tijdens de psychologische gesprekken in het ziekenhuis zeiden de professionals dat een kind al heel vroeg beseft dat er geen mama of papa aanwezig is. Wanneer de tijd rijp is, zullen we haar de situatie op kinderniveau uitleggen.’
Anaïs: ‘Voor Maité is het voorlopig de normaalste zaak van de wereld dat ze twee mama’s heeft. Ik ben er vrij gerust in dat dat ook zo blijft. Tijdens de zwangerschap hielden we een dagboek bij met foto’s en brieven aan onze dochter, maar ook met de informatie die we hebben over onze donor. We weten niet veel, maar als Maité later op zoek wil naar haar donorvader, zullen we haar steunen. Ik kan me voorstellen dat ze ooit op zoek wil naar dat ene puzzelstukje. Mocht er ooit een Belgische databank voor donoren komen, ben ik bereid om mezelf te registreren, zodat iemand die naar mij op zoek is, de kans krijgt om te weten wie ik ben.’
Als Maité later op zoek wil naar haar donorvader, zullen we haar zeker steunen.
Om af te sluiten: hebben jullie een boodschap voor mensen die ook eicel- of spermadonatie overwegen?
Anaïs: ‘Het is niet iedereen gegund om op natuurlijke wijze zwanger te worden. Hoe zou jij je voelen als je al jaren een kinderwens koestert, maar je door een bepaalde reden niet in staat bent om die te vervullen? Zonder donor hadden we geen mooie dochter van bijna twee.’
Kimberly: ‘Sommige koppels hebben geen andere optie dan te kiezen voor eicel- en/of spermadonatie, maar de wachtlijsten zijn lang omdat er zo weinig donoren zijn. We hopen dan ook dat ons verhaal anderen inspireert of dat ze er tenminste over nadenken. Intussen kennen we drie lesbische koppels van wie beide partners hun eicellen hebben gedoneerd. De hormonale voorbehandeling van eiceldonatie en de eicelpick-up zijn géén lachertje, maar het is een kleine prijs die je betaalt voor het geluk dat je aan anderen geeft.’
Anaïs: ‘We hebben in geen geval spijt van onze beslissing. Het geeft me net een goed gevoel dat ik al drie koppels of alleenstaande vrouwen kon helpen en dat ik er nóg drie kan helpen. Als donor maak je echt een verschil. Het is het mooiste wat ik ooit voor een ander kan doen.’
Eicel- en spermadonatie in Vlaanderen
‘In tegenstelling tot in landen zoals Spanje is er in België een schrijnend tekort aan eicel- en spermadonoren’, zegt professor Christophe Blockeel, afdelingshoofd reproductieve geneeskunde van UZ Brussel. ‘Hoeveel donoren er exact in België zijn, is moeilijk te bepalen omdat ons land meerdere fertiliteitsklinieken telt. Als we kijken naar het aantal sperma- en eiceldonoren bij UZ Brussel, zijn dat er voor beide categorieën slechts tientallen. Dat is weinig, en de vraag is groter dan het aanbod, want 1 op de 6 koppels kampt met fertiliteitsproblemen en raakt niet binnen het jaar zwanger. De redenen waarom iemand beroep doet op een donor, zijn divers: van vervroegde menopauze tot medische en genetische problemen, maar het gaat ook vaak om specifieke doelgroepen, zoals lesbische koppels en alleenstaande vrouwen.‘
Het aantal sperma- en eiceldonoren bij UZ Brussel bedraagt slechts tientallen: véél te weinig.
Grondige screening
‘Niet iedereen kan eicel- of spermadonor worden. Wie zich kandidaat stelt, moet aan een aantal belangrijke voorwaarden voldoen. Zo wordt elke kandidaat-donor grondig gescreend: zowel medisch en genetisch als psychologisch worden ze onder de loep genomen door een team van professionals. In België zijn we verwend op vlak van het wettelijk kader rond eicel- en spermadonatie. Zo mag elke donor maximaal zes verschillende acceptoren hebben. In UZ Brussel is de gemiddelde eiceldonor 28 à 29 jaar, maar vrouwen tot 35 jaar komen in aanmerking voor eiceldonatie. Bij spermadonoren ligt die leeftijdslimiet hoger, want mannen kunnen tot hun 45ste doneren. Er zijn geen risico’s aan verbonden, al komt er bij eiceldonatie wel meer kijken dan bij spermadonatie. Bij vrouwen die na een intakegesprek, vragenlijst en raadpleging aanvaard worden als eiceldonor, zal een hormonale stimulatie van de eierstokken worden gestart. Die voorbehandeling duurt gemiddeld tien dagen en wordt gevolgd door een punctie van de eicellen onder plaatselijke verdoving.’
Anonieme of gekende donatie
‘Doorgaans wordt er geopteerd voor anonieme donatie, tenzij de wensouders zelf een donor aanbrengen, zoals een vrouw die wil doneren aan haar (schoon)zus. In geen geval mag een donor vergoed worden, wel krijgt die een compensatie voor gedane kosten, zoals consultaties en verplaatsingen. Het is niet eenvoudig om nieuwe donoren aan te trekken, al zijn we iedereen dankbaar die donatie overweegt. Lesbische koppels die zelf beroep deden op een spermadonor om hun kinderwens te vervullen, zijn het meest geneigd om ook te donoren.’
Overweeg je om eicellen of sperma te doneren en/of wens je meer informatie? Neem dan een kijkje op www.ikgeefgeluk.be en www.spermadonor.be.
Lees ook:
- Sofie (31) en Tom (33) trokken na hun burgerlijk huwelijk het bos in om met z’n tweeën te vieren
- Tackle de dertigerstwijfel: 10 (bijna-)dertigers vertellen over hun dipjes
- Laurien (27) werd pas écht gelukkig nadat ze het contact met haar wispelturige moeder verbrak
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier